7c - vergeten geestelijke geheimen der volkeren

Het verhaal dat Europa vernietigd zal worden tijdens een catastrofe komen we tegen in alle overleveringen der oude volkeren. 

Zowel de legenden en volksoptekeningen van het blanke, het rode, het zwarte als het gele ras behelzen de vernietiging van de volkeren, die hun "erfenis der goden" vergeten hebben. 

Religieuze en geestelijk gevoelige mensen praten dikwijls over de geestloze tijd waarin normen, moraal en eerbied voor een godheid totaal verloren gaan en dat moet een oorzaak hebben. Tevens zal het een gevolg hebben. 

De gebruiken van de ons bekende grote religies komen niet zomaar uit het niets te voorschijn, zij funderen zich alle in OUDE VOLKSOVERLEVERINGEN, die we nog slechts in hun geheel bij de z.g. primitieve volkeren tegenkomen. 

In de plaats van die "erfenis der goden" zijn wetenschap, techniek en de geneeskunst van onze moderne tijden gekomen, die voorafgegaan werden door allerlei experimenten, die soms catastrofale gevolgen voor schepping en schepselen inhielden. 

Uit de stofhopen van een oeroud verleden komen nu berichten boven, die waarlijk getuigen dat EENS een paradijselijke toestand op aarde heersten, waarin goden, mensen, dieren en planten in volkomen harmonie samenleefden. 

Ons zoeken naar een "paradijs" komt dus werkelijk uit een oerherinnering voort en de z.g. "legende der Lichtzonen" blijkt in vrijwel dezelfde vorm bij ALLE rassen te bestaan. 

Momenteel roeren historici, archeologen, psychologen en geestelijke zoekers in een vat vol verzamelingen en herinneringen, dat in velen een vergeten verleden oproept. 


GODDELIJKE EENHEID 

Wat ons de kerkelijke autoriteiten en de arrogante wetenschapsmensen ook mogen vertellen, 

de volksoptekeningen getuigen voor het aloude geloof aan EEN GODHEID, die zich uitdrukt in twee stromen: een vrouwelijke en een mannelijke. 

Dit komen we tegen bij ALLE rassen. TAI CHI - CHI- Yin en Yang. 

Tussen de ENE GODHEID en de aarde bevindt zich een middelende sfeer, waarbinnen de vrouwelijke en de mannelijke godheid geboren werden, die zich daarna kristalliseerden in de schepping. 

GODEN

Daarnaast is er de alom te vinden geschiedenis van de Goden die uit de Hemel kwamen en de aarde-mensen onderwezen, de Goede GODEN. Pas na de vermenging is er sprake van Kwade GODEN. 

De z.g. EERSTE VAL uit de universele leringen is dus als het "afdalen van de  Goden", die een soort paradijs op aarde stichtten. 

Daarna kwam de TWEEDE VAL, de vermenging van de goden met de aarde-mensen en de begeerte om zich BLIJVEND op die aarde te vestigen. 

De catastrofe ontstond, nadat de goden zich met de mensen verenigden, een gebeurtenis die men in allerlei vormen en symbolen in ALLE overleveringen tegenkomt. 

TOEN werd de terugkeer naar hun rijk voor de goden afgesloten. 

Slechts de nog GOEDE konden vertrekken. 


RELIGIEUZE GEBRUIKEN. 

INDIANEN 

Om niet verstrikt te geraken in de ontzaglijke rijkdom van de verschillende bronnen van de diverse rassen, moeten we ons beperken tot enkele rassen: een voorbeeld van het rode ras; van het blanke en van het donkere ras en van het gele ras. 

Het RODE RAS is, zoals we weten vrijwel uitgeroeid; niettemin hebben enkele stammen en opperhoofden of medicijnmannen de gebruiken en kennis van de voorvaderen bewaard. 

De voorvader verering vanwege de afstamming der goden. 

In die kennis was besloten: 

1. de afstamming van de goden. 

hun geboden geen bloed te doen vloeien; maar twee kinderen te krijgen; niet met meer dan één vrouw / man tegelijk te leven; scheiden was toestaan, maar hertrouwen of samenleven met een nieuwe vrouw was verboden. 

2. schepsel zijn plaats op aarde gunnen. 

3. geneeskunde met behulp van planten. 

4. de acceptatie van de vergankelijkheid indien men geen godenzoon is. 

Er was een heerlijke harmonie tussen alle rijken. De catastrofe na de gemeenschap met aarde-mensen verbrak de verbinding hemel/aarde. 

Hierna geloofde de mens in de sterfelijkheid en het geloof aan het eeuwige leven in de ziel ging verloren. 

De "wedergeboorte" treedt dan op in allerlei verschijningen en symbolen. De hoop eens toch een god te worden; overdracht van de goden aan de mensen. 

Goden worden leeft slechts in hen die van gemengd, god-mens bloed zijn. 


ELK RAS KENT ZlJN EERSTE GODENZOON. 

In de Tarot van Egypte staat zijn geschiedenis opgetekend, in de getallenleer eveneens. 

De EERSTGEBORENE is de erfgenaam van de goddelijke opdracht. 

Deze leeft voort in onze gebruiken: o.a. de adellijke titel. 

De INDIANEN kennen de geschiedenis van LHASSA en SAMON. 

Twee goden die hun ras naar kennis en inzicht brachten. Zij leerden hen schrijven, de sterrenloop enz. Alles wat ook in de legende van de Lichtzonen staat. 

LHASSA is de naam van de hoofdstad en kloosterstad van Tibet; de stad van de Lama. 

Om de naam hebben zich legenden geweven. 

Zowel het rode als het gele ras hebben een verbintenis met deze Lhassa. Samon vertrekt naar de blanke en zwarte rassen. 


GEBREK 

Het gebrek van de westerse volkeren is dat zij door hun materiële zucht en intellectuele kennis geen herinneringen meer hebben, zelfs niet GELOVEN aan de erfenis van hun goden. 

Daar waar een ras of volk zijn princiepes en oerwetten handhaaft blijft het geestelijk sterk, wijs en edel. 


WEDERGEBOORTE 

Hert, gewei, vernieuwing zijn de symbolen van wedergeboorte: zowel bij de Indianen, Scandinaviërs, Druïden, Egyptenaren, ook in het christelijke geloof. 

Slang, huidvernieuwing is ook een symbool. 


SYMBOOL van de dubbele S 

Bij de Indianen is het symbool van de dubbele S vereerd als symbool van ingaande en uitgaande energiestroom, de wedergeboorte. 

De Druïden kenden ook het symbool van de 8 (dubbele S) 

Evenals de Boeddhisten, en zoals het gevonden werd als herinnering van het Land Mu. 

In de christelijke mystiek spreekt men van S.S. als Sancta Spiritus. 


AKAKOR 

In de kroniek van Akakor lees je o.a. "Blijf ver van ons met je pleziertjes, je wilde grijpen naar rijkdom, je begerigheid om meer te zijn dan een ander, je vele zinloze handelingen, je verwarring zaaiende handen, je nieuwsgierige manier van denken, en je kennis, die toch niets kent. Wij hebben dat alles niet nodig. 

Wij hebben genoeg aan het erfgoed der goden, waarvan het licht ons niet verblindt en ons niet in verwarring brengt, maar alles duidelijk maakt, opdat wij hun grote wijsheid in ons kunnen opnemen en als mensen leven." 

Magus antwoord: "Door juist te handelen kan men wijsheid vergaren. 

De vijanden zijn: hebzucht en toorn. Een mens die zich niet als werktuig van de goden ziet, is geen mens. Sinds eeuwige tijden herhaalt de natuur zich. Alleen het goed der goden blijft bestaan, Eeuwig, voor altijd." 

(Discussie tussen Magus en Jacob Akakor 160) Papalagi 

Individualiteit en Gemeenschap 

De grootste taak van mijn volk is de dienstbaarheid aan de gemeenschap, alleen de goden LEIDEN. 


GENEESKUNST 

De Indiaanse geneeskunst keert terug; bij ons de plantkunde en kruidkunde; de interesse voor de sterren. 

Leven en dood zijn één. Het hiernamaals behoort bij ons leven. De hunkering om "wedergeboren" te worden uit zich tenslotte in "uittreden met behulp van kruiden, enz." 


BLANKE INDIANEN waren leiders van de rode rassen. 


CATASTROFE 

Evenals alle andere voorspellingen, zien ook de Indianen een ramp gebeuren in de nabije toekomst. Er blijven slechts enkelen over: dan keren degenen die "onder de grond gevlucht zijn" weer terug. 

Voor hen die "onder, op en boven de aarde zijn." 

(Ossendowski: Ondergrondse Broederschap in Brazilië). 

De Indiaanse heilige steden: Machu Pichu, gesticht door de Goden. Men vindt overal dezelfde restanten van bouwsels der "Goden." 

"De verleiding van Adam door Eva is als het "een tweede vrouw aannemen, een vrouw van de aarde, hoewel men een godin als vrouw bezit. Eenzelfde verhaal is dat van Hama, die wordt verstoten. (Akakor  86)  

Zoals sommige overleveringen zeggen: De nazaten van Adam zijn vervloekt, omdat zij door hem de wetten der goden veronachtzaamd hebben. 

Adam werd verstoten. Verbannen. Wij zijn verbannen uit het paradijs, totdat we "de boodschap der Goden opnieuw zullen kunnen verstaan en opvolgen." 


KELTEN - DRUÏDEN 

Voor de Blanken vinden we de schoonste overleveringen bij de Druïden en Kelten: de Edda. 

De Indische volkeren hebben de Veda's  (waarvan veel bij de Druïden is terug te vinden). 

De Perzische volkeren kennen het Gilgamehs Epos en de Arabische de Duizend en één Nacht-sprookjes. 

Wij kennen HET GANZENBORDSPEL. De vertellingen van Moeder de Gans. 

Getal 33, ook de jaren van Jezus. 

De Bijbel is het stolsel van universele overleveringen. 

Drieëenheid, Harmonie, Wedergeboorte, HERT. 


De ZON is OVERAL de Oerkracht des Levens, Vader van de Godenzoon; 

maan is het Oeraanzicht van de MOEDER; 

VENUS is de behoedster OF vernietigster van het aarde-leven. Natuurgodin, wachteres, 

morgen- en avondster. Oordeelster. 

Het geloof aan een leven en een dood, is kenmerkend voor aarde-mensen; vruchten van het vergankelijke leven. 

Goden WETEN dat in hen de eeuwigheid woont. Ook de gemengde schepsels beseffen dat, hoewel het sterfelijke soms de overhand krijgt. 

De Druïden waren vredelievend. Oorspronkelijk bestond het doden niet. 

De verhalen van Godenzonen: b.v. ORPHEUS leven overal. Juist die Godenzonen brachten wijsheid, goddelijke wetten. Nu zijn er mensenwetten inplaats van godenwetten. 


TIEN GEBODEN: GIJ ZULT NIET DODEN. Ontvangen van de Goden, is overal hetzelfde. 

De Tien WOORDEN op de twee stenen tafelen: 

Begeren van andermans vrouw, geen gesneden beelden, 

Johannes, genoemd de geliefde discipel, vindt de geboden niet zwaar.( Joh.l 5:3) 

Oorspronkelijke waren de geboden der goden voor een harmonisch, oprecht en geheiligd leven. 

Jonkvrouw Britomartis (Kreta) = Nerthus (Germaans). Isis - Maria - Mirjam, alle door Goden bevrucht. 


Er zijn drie doodsoorzaken: 

De onwetendheid; 

De liefde die degenereert terwille van het eigen welzijn; 

De onmogelijkheid om het eeuwige te dragen. (Pied du Menhir) 


Drie dingen waarvan de mens de essentie niet kent: 

God; 

Het Niets; 

Het Oneindige. 


Drie karakteristieken  van de verschillende levende wezens: 

Sterfelijke schepselen; 

Aardse schepselen; 

Hemelse schepselen. 


ZIGEUNERS 

De zigeuners zijn een mysterieus volk; zij dragen in zich de kentekenen van een vermenging van mensen en goden; (niet alle) 

Bezitten kennis van kruiden en zijn vertrouwd met het hiernamaals. Komen oorspronkelijk uit Egypte (Gypsies) Zij zijn op de hoogte van de komende catastrofe. 

Bezitten ook veel herinneringen aan kennis van hun voorvaderen. Zoals de Indianen. (typisch - kennen geen mongoliden) 


HET LABYRINT 

De tekening van de wereld waarin de godenzonen verloren gingen. 

Een universeel symbool bij de Egyptenaren, Zigeuners, Grieken, Druïden, Indianen. (Kathedraal van Chartres) 


"De dauw is geen water, noch mist, zij komt niet van de aarde en komt niet uit de hemel. 

Het is het bloed of de Ziel van de plant. Dank zij deze dauw voed je je met leven, als je de plant eet. Al het andere, zonder dauw (vlees, gekookt etc.) is dood. 

"Zich voeden met de dood, verwekt dood." 

"Men moet niet wachten, maar tot het einde der dingen gaan." 

"Vraag uzelf waarom er bepaalde rimpels zijn in het gezicht van de ander." 

"Zoek niet in uw kindheidsherinneringen de haat van uw volwassenheid." 


De magie der Zigeuners berust op de overleveringen uit Egypte en vooral: de vermenging van Hemelse Kennis met aards profijt. 

Zij werden door de Priesters vervloekt, omdat zij gezondigd hadden tegen de Wet der Goden en hun Geheimen, voor eigen welzijn, hadden verraden. Begeerte en hoogmoed. 


BASKEN 

Onder de aarde woont onze godin, die wij Mari noemen; zij kan verschijnen in allerlei vormen; zij behoedt de natuur en haar schepselen. Zij heeft den man: Maju, maar meestal Sugar. 

(Su is vuur, Sugar de vlam) 

Hij is in werkelijkheid een vurige Slang, die ook in het oude Ierland voorkomt (ook bij de Indianen en Egyptenaren, ook in de Christelijke legenden) 

Deze Slang omvat de aarde, het is de wereldslang van de alchemisten. 

Josephus zegt dat de Basken afkomstig zijn van Thubal, de kleinzoon van Noach. Ptolemeus noemt hen Tobelienen. 

Bewaren de oude geheimen, worden nu beheerst door de strijd. 


CHINEZEN- GELE RAS 

Eeuwen voor het verschijnen van Jezus kwamen de hemelgoden op aarde, zeggen de Indianen, de Grieken, de Indiërs, de Babylonieërs, de Chinezen, de Tibetanen, de Sumeriërs, de Eskimo's. 

De kennis van de oude Chinezen is wonderbaarlijk: Astronomie, astrologie, kruidkunde, geneeskunde. Ook gebouwen die toegeschreven worden aan de goden. 

Net als de Indianen kenden zij kruiden die verdoofden, die deden uittreden, heelden en helderziend maakten. 

Voor het gele ras is Tibet, het land der Goden, een bron van heiligheid en onheiligheid; daar verenigden zich de Hemelzonen en gebruikten de kennis tot eigen welzijn. 

Lhassa werd tegelijk vereerd en verdoemd. 

De Bardo Thödol is het Dodenboek of de Tarot  van het gele ras. 

De Mont Meru is hun Olympus. 


SJAMANEN 

Overal in de legenden van het gele ras krioelt het van de berichten over de hemelgoden en daarbij speelt de rol van de smeden, net als bij de Indianen en in de bijbel (Tubal Kaïn, Hiram) een belangrijke rol. De sjamanen waren de priesters. 

Het heeft te maken met de idee dat de goden hemelschepen bezaten, gemaakt door de smeden en de aardse smeden ontvingen het geheim der goden. 

De goddelijke kracht nam de sjamanen de helft van hun "toverkracht", toen zij de godengeheimen verraadden. 


Eens konden de rotsen wandelen 

dat is waar en geen leugen; 

Toen heerste er vrede in de hele wereld, 

geloof je wat ik zeg? 

Toen heerste er vrede in de hele wereld. 

ik geloof wat je zegt; 

Toen waren er rijken noch armen, 

geloof je wat ik zeg? 

Toen waren er rijken noch armen 

ik geloof wat je zegt; 

Toen leefden de mensen eeuwenlang 

geloof je wat ik zeg 

Toen leefden de mensen eeuwenlang 

ik geloof wat je zegt. 

(Religieus lied over het verloren paradijs.) 


Waar komt de tarwe vandaan, het is nooit wild gevonden. 

De beeldjes van Prof. Kasanzev, wezens met ruimtepakken, gevonden in Japan (gele goden) 

De Chinezen (gele ras) geloven in de eeuwigheid, er is geen einde. 

De Yin en Yang-filosofie is dezelfde als die van de Indianen met hun vrouwelijke en mannelijke planten. 

Beide volkeren of rassen baseren zich voor genezing op de eenheid tussen: hemel en aarde, en positief en negatief. Hij, die zijn God niet eert, gaat dood. 


ZWARTE VOLKEREN 

In het begin was AMMA, God en hij rustte op niets. 

Het ei in de vorm van Amma was gesloten. 

Als alles volbracht was besloot Amma de 22 belangrijkste tekenen onder zijn berusting te houden, die de essentiële elementen en stadia bevatten van de tweede schepping en van het leven van het universum. 

Zij vertegenwoordigen Amma en datgene dat in zijn handen blijft en daar niet uitgaat. 

De Zwarte volkeren zijn de erfgenamen van de eerste kennis van het rode ras, zo'n 9000 jaar geleden.) 

Verdreven van vrijwel alle kusten van Europa, waar zij mulatten achterlieten, bevolkten de zwarte rassen daarna Egypte, Klein Azië, China voor Fo-Hi, Japan, Perzië voor Iran, Tibet. 

Zij woonden voornamelijk in Etiopië, toen het rode ras de aarde met zijn cultuur bevolkte. 

Dan komt het zwarte ras in India, het land van de Blauw zwarten. 

India met zijn bruine rassen draagt de herinneringen aan de godenzonen van het rode en het zwarte ras. 

Ayodha, de stad Gods was de zetel van de zonne-universiteit. 

Pratishtana, de stad van de natuur, was de zetel van de maandynastie. 

In Perzië heetten de twee hoofdsteden van de zwarten: Ishkandar, centrum Gods, en Bamiyan, de tempel van de Duif. 

Klein-Azië heette destijds Plaksha, het gerecht der Vrede; Salem was de hoofdstad. 

Egypte heette: Chemi en Mitzra. Thebah was zijn hoofdstad, de Zwarten noemde heel Afrika Libië: hart. 

Van dat woord komt ons woord: liefde dat met het hart te maken heeft: love, lobo, liebe, lioubof - russisch, louba - slavisch, lubic - pools, loubitsa - servisch en het oude franse woord: lubie (caprice) van het hart. 

De keizer van het zwarte ras, de hoogste soeverein van de zonnedynastie droeg de titel van de oude koningen van het rode ras: Rawhan, Draak, algemene ordebewaarder. 

En hier denken we aan de DRAAK, die de wereld omvat houdt. 


De DOGONS bewaren herinneringen aan deze grote tijd van het zwarte ras, en logischerwijze stemmen hun gegevens met die van het rode ras overeen. 

Indien de mens zich afwendt van de grote Geest zal hij sterfelijk worden. Dogons zijn in vier grote stammen verdeeld, zij wonen in de  streek van Bandiagara in Afrika. 


DE ARK VAN NOMMO 

Nommo en de zijnen zetten voet op de aarde, waarna Amma de ark terugtrekt in de hemel en hem sluit. 

Nadat de bevolking van de ark op aarde was gekomen kwam de smid, maar onder zeer bijzondere omstandigheden, hij was vergezeld van zijn tweeling (Hiram Abif - Salomo , Kaïn - Abel) 

Amma zond hem een hemelsteen als zetel. 

Vanaf die tijd was de kunstenaar in bezit van zijn basismateriaal: van origine hemels: de zetel het aambeeld, het mineraal, de massa, de wind en blaaspijp, het vuur....

"Het aambeeld planten" heeft voor de Dogon een heilige betekenis: een hemelse, vurige massa wordt in de aarde geplaatst. 

Men weet dat  in Afrika, bij de Ivoorkust een enorme natuurcatastrofe heeft plaatsgevonden, vermoedelijk door het inslaan van een meteoriet. Er is daarna een "heilig meer" gevormd en tevens steekt er een stuk (piek) ijzer uit de aarde, staande op een ovalen plaat van hetzelfde materiaal, vroeger in de aarde, nu opgegraven. 

De Dogons spreken van "het aambeeld" van de smid van Nommo. 

Smeden gaan met ijzer om, en uit een soort metaal bestonden de voertuigen van de goden. 

Men spreekt van de smid als de tweelingbroeder van "Nommo"  De Eerste Mens. 

Lucifer - Christus. Op de smeden (zigeuners) rust de schuld van de catastrofe. 

Op Lucifer of Sannhasai rust de schuld van de verbroken verbinding van hemel en aarde. 

Deze Nommo eerste mens werd later door Amma ter dood veroordeeld: 

"Amma gebood dat het lichaam van Nommo geofferd zou worden tot reiniging van het universum en aldus in stukken moest worden verdeeld, later liet hij het slachtoffer herboren worden, die het symbool en de steun werd van  de georganiseerde wereld." 

Voor dit doel bevestigde Amma de twee armen van Nommo aan een gespleten boom en doodde hem na hem met een ijzeren koord te hebben vastgebonden. (Osiris - Jezus) 

Nommo werd staande gedood, omdat "hij die de wereld overheersen wil het leed moet hebben gezien." 

Nommo had dorst en op zijn vraag gaf Amma hem water uit een koperen bokaal. 

Nommo heeft zijn lichaam onder de mensen verdeeld om hen te voeden. 

Het universum heeft zijn lichaam gedronken. 

Maar Nommo drinkt ook de mensen (Dogon 21) 

De opstanding van Nommo geschiedde door Amma in vijf perioden: 

Na elke vijf dagen komt de opstandingsdag "die geëerd moet worden. 

De getuige van de opstanding is "De ster van de tiende maan". 

Zij zal wederkomen als de "ark van Nommo weer op aarde verschijnt." (zonnebark) 


WAAROM herinneren de westerse volkeren zich nauwelijks zulk een "legende?" 

Niettemin beroeren deze oude "legenden" heden vele blanke westerlingen, die zich ermede vertrouwd gevoelen. 

De rassen worden als "één" geroepen op de Dag des Oordeels. 

De derde catastrofe? 

De opstanding van het rode ras, zwarte ras, de ondergang van het blanke ras, de heerschappij van het gele ras? 

Het blanke ras hongert, de andere rassen wachten op de voltrekking van de woorden van hun wijze voorvaders.

1970 - 2024, copyright Henk en Mia Leene