12c - leringen uit het boek der natuur

Geloof en Bijgeloof in de Oudste Therapieën 


ALGEMEEN 

De oorsprong van de geneeskunde verliest zich in de religie der volkeren. Oorspronkelijk was de geneeskunde een heilige kunst, omdat zij, volgens de overleveringen, op aarde gekomen was door middel van de Engelen of Godenzonen. 

In het Boek Henoch kan men lezen: 

".....De Zonen des Hemels leerden de vrouwen toverij en bezweringen (mantrams) en onderwezen hen over het "delen der wortels" en bomen en planten. 

Umsarak echter leerde hen uitsluitend toverij en het verdelen der wortels." (Henoch - 24) 

Enigszins hetzelfde leest men in de papyrus van Isis, waar zij zegt: "haar gaven te hebben van een Zoon des Hemels" 

Overeenkomstig leest men in andere Egyptische papyri, waar de kunst om gezond te maken afkomstig is van Imhotep, hij, die de kunst doorkreeg van de goddelijke Hermes en zelf een Zoon was van de God Ptah. 


IMHOTEP 

Imhotep wordt in het Grieks Aesclepios genoemd. In de Hermetische geschriften komt men een gesprek tegen van Hermes en Aesclepios (Imhotep) en wel als volgt: 

"O Aesclepios, uw voorvader was de eerste ontdekker van de geneeskunst en bezit een tempel in het Lybische Gebergte, in de omgeving van het strand van de krokodillen (Nijl), waarin zijn aardse deel, zijn lichaam, ligt, terwijl de overige betere delen, of liever gezegd, hij in zijn geheel, als de levenskracht der mensen, is teruggekeerd tot de hemel, van waaruit hij heden nog door zijn goddelijke werken de zwakke mensen alle hulp geeft, die hij vroeger (op aarde) door zijn genezende Kunst te bieden had." 

Imhotep heeft, als mens, op aarde geleefd als raadgever van koning Djoser rond 2800 v. Chr. 

Hij was de Zoon van Ptah of Hephaistos van Memphis. Zijn moeder was de godin Sechmet met de leeuwenkop.(een vermenging van goden en mensen) 

Hij wordt ook beschouwd als de vernieuwer van de Bouwkunst en werd later tot god verheven, zowel van de bouwkunst, het schrift, als de geneeskunde. Hij werd zowel onder de Egyptenaren als de Grieken, die in hem Aesclepios vereren, beroemd. (halfgod) 

Merkwaardigerwijze schijnen zijn weldaden en afkomst weggeschreven te zijn uit de papyri van Manethon, de priester die ons over de Egyptische historie inlicht. 

Hij kan worden gerangschikt onder de z.g. "halfgoden" met als voorvader een Zoon des Hemels. 

Deze vermenging van legende en werkelijkheid vinden we bij de oorsprong van de geneeskunde in alle landen terug. 

Het klopt dus met het bericht van Henoch: dat de "verdeling der wortels en de mantrams of genezende spreuken" door Umsarak onderricht werden. 

Geneeskunde is aldus een hemelse kennis of gave. 

Ook in de papyrus van Horus vinden we die hemelse afkomst terug: 

"De geneeskunde werd beoefend zoals de voorvaderen dat immer hadden gedaan en zoals het aangegeven werd in de grote plannen van dit boek, dat vanuit de hemel naar beneden is gekomen ten noorden van Memphis....." 

Imhotep gebruikte een geschrift dat van Goddelijke oorsprong zou zijn. 

De geslachtsvolgorde ziet er als volgt uit: 

Hermes - astronoom, astrosoof, schrijver (grammatica), genezer 

daarna zijn zoon Tat en daarna kwam Imhotep, allen bekwaam in dezelfde kunsten. 


Zosimos, een beroemde alchemist uit 300 n. Chr. zegt dat er veel van en over Imhotep verdwenen is, omdat zijn godsdienst de heerschappij dreigde te krijgen. (Mitras, Osiris) 


HIPPOKRATES 

Hippokrates geldt tot heden als de eerste geneesheer van de allopathie (460 v. Chr.) 

Klopt niet helemaal, want hij is dichter bij Paracelsus dan de allopathie. Zijn kunst baseerde zich, evenals die van Paracelsus, op intuïtie, empirische ervaringen en minutieus onderzoek, eigenlijk voorganger van de natuurgeneeswijze. 

Hij had echter de z.g. "toverij en de heilspreuken" laten vallen. Die "heilspreuken en toverij" verenigden geneeskunst en religie; en duidelijk waren deze afkomstig van "Hemelzonen". 

Vandaar de vloek over de heksen, de vloek over occultisme, het bovenzinnelijke. 

"Als de "tijden der goden" gaan terugkeren wordt die voorafgaan door een herleving van hun kunsten!" 

In Egypte was de chirurgie al rond 2500 v. Chr. bekend, wetenschappelijke chirurgie. 

Ook vanuit de Vedas kan men lezen dat de geneeskunde een goddelijke Openbaring was. 

Aldus: Geneeskunde is een roeping, een bezieling van binnenuit! Het behoort tot de intuïtieve oerkennis. 

Hippokrates wordt heden veel afgevallen, omdat hij te intuïtief en te veel empirisch genas. Hij was niet wetenschappelijk genoeg, slechts zijn princiepes worden intellectueel geciteerd. 

Hippokrates noemt de geneeskunst de edelste van alle kunsten. En de medische belofte wordt nog afgelegd op de goden: "Ik zweer bij Apollo en bij Aesclepios, bij Hygeia en Panakeia en bij alle goden en ik roep hen tot getuigen."(In Montpellier nog totaal) 

Om een goed arts te zijn, volgens Hippokrates, heeft men nodig: aanleg, goed onderricht, een goede onderrichtsplaats, goed onderwijs van jongs af aan, zin om te werken en tijd. Voor alles echter: natuurlijke begaafdheid. Alles is tevergeefs als natuurlijke begaafdheid niet meewerkt. De aanleg in het kind is de goede akker waarop de plant gedijen kan. 


NATUURLIJKE GAVE - GROENE VINGERS - KUNST IS EEN GAVE. 

"Een arts is tegelijkertijd filosoof - hij moet de gehele mens kennen. Want een arts die tegelijk filosoof is, is goddelijk. 

Tussen beide, filosofie en geneeskunde, is niet zoveel verschil. Alle vereiste eigenschappen voor de filosofie zijn ook nodig voor de geneeskunde. Men moet vrij zijn van hebzucht, voorzichtig zijn, bescheiden in zijn kleding, zich waardig en rustig gedragen, een scherp oordeel hebben, vastbesloten zijn, goed kunnen spreken, veel kennis hebben van datgene wat voor het leven nuttig en nodig is en voorts afkerig zijn van onredelijkheid en vrij van onwijs bijgeloof. 

Dit alles dient tot afweer van bandeloosheid, waardoor het ambt gemaakt zou worden tot een ambt van gierigheid, van hartstocht en van schaamteloosheid." 


GODEN 

"De artsen buigen zich voor de goden, omdat de geneeskunst in zichzelf, geen enkele buitengewone kracht bezit." 

God en gezondheid; Geloof en geneeskunde; Suggestie. 

Op Kos behandelde men de zieken tweevoudig: suggestie en invloed op de verbeelding tijdens de slaap en overdag toevoeren van planten medicamenten. 

Kos is vrijwel een religieus centrum geweest - inbegrepen de therapieën. 

Psychosomatiek, die tenslotte de gehele mens ziet en zijn ziel als oorzaak erkent is een uitvloeisel van de Hippokratische therapie. 

Zijn regel was: Waar liefde is voor de mensheid, is ook liefde voor de geneeskunst. 

De meest recente Hippokrates volgeling was de beroemde Dr. Boerhave uit de 18-de eeuw, die tevens alchemist werd genoemd. 


ASTROLOGIE en GENEESKUNDE 

De verbintenis tussen astrologie en geneeskunde gaat terug op Hermes Tresmegistos. 

Alle voorchristelijke artsen interesseerden zich voor de sterrenkunde, de invloed van de planeten e.d. en dat is normaal, want ook deze "sterrenkunde" is een kunst die één der Hemelse Zonen de mensheid overdroeg nl. Barkajar. 

De signatuurleer komt van Ukibeel, hij leerde de tekenen te herkennen. (geometrie, arithmetica enz.) 

De inzichten rond het "boven en beneden" en hun samenhang komen van de Hemelzonen. 

Astrologie (in zijn oorspronkelijke betekenis) is dus ook "hemels". 

En elke z.g. heks, arts-priester hield zich aan de invloed van de hemellichamen op de kruiden. 

De eenheid aarde-hemel moest aanwezig zijn om deze kunsten goed te kunnen beoefenen. Aldus: ongeloof ontzielde de gave of de kunst. 

Zowel ongeestelijke astrologie als ongeestelijke geneeskunde is onwaardig en heilloos. 


ORGANEN 

Vanuit de hermetische geschriften zien we al dat elk orgaan zijn bijbehorende planeet had en deze overeenkomst tussen hemelse invloeden, kruiden en mensen was neergelegd in zes heilige, hemelse hermetische boeken, die in Egypte bij processies werden medegedragen. (zie: overblijfsels, relikwieën, processies e.d.) 

Ook de alchemie kent de eenheid tussen organen en planeten. Men kan de oude z.g. hemelse kunsten niet los van elkander zien ook astronomie behoort hiertoe. Astronomen ondergaan een innerlijke verandering, zij ervaren een godsbeeltenis! 

Er bestaat een "heilige brief van Hermes aan Aesclepios (Imhotep) betreffende planten, medicijnen, planeten, organen. 

Men ging als volgt te werk: 

Het zieke orgaan is ondergeschikt aan een planeet: de steen en/of plant zoeken bij de planeet, op de steen het teken van de planeet graveren, onder die steen een stukje van de plant sluiten en alles tezamen in een ring bevestigen en deze dragen, terwijl men zich onthoudt van alles wat de planeet onsympathiek is (voedsel). 

Wat betreft planten en planeten volgde Hermes duidelijk een signatuurleer. 

B.v. de eerste decaan van Leeuw, waarvan de kop omgeven is door zonnestralen, heeft als signatuurplant: het leeuwenbekje. 

Het gehele menselijke lichaam wordt gedomineerd door de planeten: vanaf het hoofd, de Ram, tot aan de voeten, de Vissen. Een bekend beeld in de alchemie waarvan de astrologische geneeskunde zich nog bedient. 


In een brief van Hermes aan Ammon, de Egyptenaar staat: "Op het uur van geboorte drukken de twaalf zodiakale tekenen hun stempel op de mens: Het hoofd, de Ram, en de zintuigen in het hoofd zijn verdeeld onder de zeven planeten: Zon - rechteroog, Maan - linkeroog; oren - Saturnus, hersenen - Jupiter, tong en huig - Mercurius, reuk en smaak - Venus, alle bloedaderen aan Mars. 

Wanneer op het moment van geboorte één van deze planeten zich in een slechte positie bevindt, ontstaat hierdoor een aandoening in het betreffende orgaan. 

Ik ben degene die ontdekt heeft dat alle organen tot aan de vingernagels toe, corresponderen met de planeten en ik heb gewenst dat men deze wetenschap dienares van de natuur noemde. Want het is nodig dat deze wetenschap samenwerkt met de natuur, en op deze wijze komt men de natuur zelf te hulp". 

De corresponderende planeet heeft altijd een goede invloed op zijn orgaan, maar wordt deze planeet slecht bestraald door een andere, dan wordt zijn invloed ondermijnd. (horoscopie) 

Alle "goden" leven in hun scheppingen en beschermen hen. De hermetische geschriften geven een uitgebreid overzicht over de "goden" en hun planten, stenen, organen en de mogelijk slechte invloeden van bepaalde sterren. (b.v. nabloedingen - Maan) 

Hieruit kan volgen dat de medische astrologie wel degelijk aan Hermes is toe te schrijven. 

Geloof hierin komt terug, de oude tijden keren weer. Maar de natuurlijke gave daartoe is vrijwel verloren gegaan, die werd van vader op zoon of dochter doorgegeven. Een roeping (gave) kan dus erfelijk zijn. 


TWEE GENEESMETHODEN 

Uit de ontwikkeling van de geneeskunst volgt duidelijk een verdeling in twee stromen: 

1. de oud-magische geestelijk, religieuze geneeskunde, planten, planeten; God begrepen in de natuur; de kunst der Hemelse Zonen. 

2. De rationele, empirische, methode; het ontdekken van de mens zelf door middel van de praktijk. 

Homerus noemt Egypte ook het Land der Artsen, er schijnen voor elk orgaan specialisten geweest te zijn, plus bekwame chirurgen. 

De volkeren die herinneringen bewaren aan Hemelse Zonen zijn het bekwaamste in de bovenzinnelijke kunsten. 

In Egypte werd de leiding van het hart gevolgd, de arts moest de gedachten van het hart herkennen. 

Het denken zetelde in het hart. Het hart veroorzaakte de ziekten. 

Het hart was niet slechts het middelpunt van het aderlijksysteem, maar had ook deel aan het spijsverteringssysteem en was zetel van het denken en de gemoedsbewegingen. 

"Het is zo, dat hart en tong macht hebben over alle leden, op basis van de leer, dat het hart in alle lichamen en de tong in elke mond is bij goden, mensen, dieren. Het hart denkt alles wat het wil en de tong beveelt alles wat het wil....." 

(Godenleer van Memphis) 

Volksgezegden: Hart op de tong....., waar het hart vol van is..... 

De "medische bijgelovigheid" strekte zich uit tot het innemen van dierlijke organen, zoals momenteel in Japan en China hier en daar in gebruik is. 

In de oudste geneeskunde werden geen dierlijke medicamenten gebruikt, maar louter stenen, planten, de mantrams of genezingsspreuken zoals onze boeren nog kennen. 

Magie en genezing, suggestie en geloof zijn é      én. 



LEZEN UIT DE TEKENEN 

Het "de ziekte lezen uit de tekenen" is eveneens zulk een oud geloof, die we momenteel weer zien opbloeien. 

Vroeger las men het ziektebeeld uit een oliedroppel in een beker water, wij kennen wel het lezen uit de inktvlek. 

Het lezen in dierlijke organen: de lever e.d. was een gedegenereerd uitvloeisel uit de signatuurleer en vooral bij afwezigheid van goddelijke (hemelzonen) inspiratie. 

De geneeskunde was niet voor een ieder weggelegd. In het land (of volk) waar geen hemelse of heilige boeken bestonden was de geneeskunde achterlijk of onkundig, vol van onwijze bijgelovigheid. 

Men liet zich regeren door veronderstellingen. De slechte inbeelding, volgens Hippokrates, leidt tot onwijsheid. 


INDIA 

India heeft zijn geneeskunde uit de Vedas en vooral de Rigveda. 

De Yajurveda behelst de offerspreuken of mantrams. De Atharveda kent de offerspreuken voor de vuurpriesters. 

De Ayurveda beschrijft ziektebeelden en de medicamenten. 

Op het moment dat de oude Vedische religie verandert in het Brahmanisme met zijn zes orthodoxe systemen (1000 - 500 v. Chr,) gaat het aloude goddelijke principe uit de geneeskunst èn uit de religie. 

Dan ook ontstaan de kasten. 

Vanuit dit kastenprincipe gevoelden de artsen zich geroepen de Vedische geneeskunde te codificeren. 

Dat werd de Brahmaanse officiële geneeskunde. 

De God Rudra (Shiva) is tegelijkertijd Helper, Genezer en Arts. Hij wordt door de mensen aangeroepen. Zijn hoofdmedicijn is de paardebloem. Ook de winden worden als genezers gezien, verjagers van de zorgen. 

Ook hier psychosomatische geneeskunde. 


VEDA 

"O Soma en Rudra verjaag de ziekte die ons huis heeft bezocht; verdrijf de verdoemenis naar de wijde verten; neem elke begane zonde van ons." 

Een ziekte was een vergrijp tegen een godheid. 

Voor de veroorzaker van geelzucht kenden ze twee boze goden: de Rakshasas. 

Met mantrams en bezweringen verjoegen zij deze uit het lichaam. 

(duivelsuitbanning, oproepen van goede trillingen enz.) 

Een rode amulet aan het lichaam van de patiënt gehangen zou de gele kleur doen verdwijnen, inwerking op bloedt. 

Melk drinken en zich laten afwassen; het badwater moest op een gele vogel druipen, die men aan het bed gebonden had; de gele vogel zou de geelzucht overnemen. 

Het overdragen van levenskracht van boom naar patiënt.  

Het gele trekt het gele aan. 

Daarbij werd een eenvoudig lied gezongen: 

"Op de gele papegaai, op de merels dragen wij de geelzucht over, en bovendien aan de gele kwikstaarten." 

Hier een zuiver oppervlakkige signatuurleer zonder godsbesef! natuurgeneeswijze zonder God. 


INDIA 

Ook in India kende men reeds in de voorchristelijke tijden de chirurgie;  het was het laatste redmiddel bij falen van andere medicamenten. 

Het succes van deze Indiase chirurgie is bekend om zijn: reinheid, grote zorgvuldigheid bij het opereren en verbinden en de uitstekende nabehandeling. 

Deze chirurgie ontwikkelde zich ondanks een ontbreken van wetenschappelijke anatomie. 

De Indiase medicijnstudenten moesten regelmatig examens afleggen in het zoeken van medische planten, die in de geneeskunde niet konden worden aangewend; de beste leerlingen vonden geen planten. De arts moest op een plaats wonen waar de geneeskundige planten goed te vinden waren, hij was tevens apotheker. 

De beste artsen kwamen uit de Hymalaya. 

Het noorden  van Pakistan werd de "geneeskundige tuin van de wereld" genoemd en is nog niet geheel onderzocht. 

Innerlijk en uiterlijk aangewend werd aan het kwikzilver, mercurium (homeopathisch) goddelijke krachten toegeschreven. 

Een spreekwoord is: "De arts, die de geneeskracht van wortels en kruiden kent, is een mens; hij, die die van het water en het vuur kent is een demon; hij, die de kracht van het gebed kent is een profeet; en hij, die de kracht van het kwikzilver kent is een God." 

Alchemisch: huidlijden, longenlijden, zenuwlijden en voor levensverlenging. 

CHINA 

Het natuurgebeuren in het grote wereldal herhaalt zich in het kleine van de mens. 

Tussen de macrokosmos en zijn afbeelding, het menselijke lichaam, bestaan talrijke analogieën en gecompliceerde wisselwerkingen. 

Er werden overeenkomsten gezocht tussen de daden der mensen en de gebeurtenissen binnen de natuur. 

De overeenkomsten werden zorgvuldig genoteerd door historici en afwisselend als:  beloning, vermaning of straf gerangschikt. Zondigen tegen kosmische wetten. 

Reeds vanaf 2900 v. Chr. werd er in China al geschreven. 

Ook hier staan als oorsprong drie Keizer-Godheden: 

Fu-Hsi, de uitvinder van het orakel en het schrift; 

Shen-nung, de uitvinder van de landbouw; 

Huang-ti, de fundeerder van het rekensysteem (arithmetica) en de geneeskunde. 

Ook de traditionele Chinese geneeskunde wortelt in het religieus, filosofische concept van de beide oerprincipes Yin en Yang. 

De oude geneeskunde ging ervan uit dat er zes soorten mensen niet te genezen (te behandelen) zijn: 

1. De trotsen, eigenmachtigen met wie geen redelijk woord te spreken is. 

2. Zij, die door de zucht naar geld, hun eigen lichaam verwaarlozen. 

3. Zij, die het elegante, smulpapenleven niet kunnen nalaten. 

4. Zij, bij wie zich de Yin en de Yang, het mannelijke en het vrouwelijke gemengd hebben, zodat het inwonende Pneuma zijn voorbestemde functies niet uitoefent. 

5, De uiterst zwakke mensen, die geen medicijn meer slikken kunnen. 

6. Zij, die meer vertrouwen in de kwakzalvers hebben dan in de arts. 

De Chinezen zijn het enige volk dat voor zijn artsen tempels heeft gebouwd (behalve Imhotep), waarin men de artsen offers brengen kan. 

Tempels van de Medicijnkoningen. 

In het oudste Chinesische geneeskundige geschrift, de Nei-ching, lezen we, dat de organen een opdracht hebben: "Het Hart is de heerser over alle ambtenaren. Het brengt wijsheid en inzicht voort. 

De longen zijn bestuursorganen, die voor de naleving van de wetten en de orde zorgen moeten. 

De lever is een generaal, die de krijgsacties op gang brengt. 

De gal is één der leidende en beslissende ambtenaren van de centrale regering. 

Het hartzakje is de afgezant, die geluk en vreugde brengt. 

Milt en maag zijn de beambten, die verantwoordelijk zijn voor de voorraden. 

De dikke darm heeft de opgave omzettingen op gang te brengen. 

De dunne darm is de ambtenaar, die de veranderingen voltrekt. 

De nieren zijn werkambtenaren, die door middel van hun bekwaamheden arbeiden. 

De drie verwarmers, bezielers (hoofd, borst, bekken) zijn ambtenaren die voor de waterwegen zorgen. 

De blaas is de provinciale gouverneur, die de afscheidingen verzamelt, opdat zij zich in het Ch'i rangschikken. 


In midden-europa was de alruinwortel een universeel geneesmiddel; de ginsengwortel is dat voor China. Hij wordt ook mensenwortel genoemd, vanwege zijn gelijkvormigheid met de mens; zoals de alruin! 

De huidige wetenschap heeft zijn universele medicijn nog niet bewijzen kunnen. 


AZTEKEN 

Gelijk als in Egypte berust hun geloof op de werking van de natuurkrachten, goden en godinnen die over de aarde heersen en het lot der mensen bestemmen. 

Veel ziekten worden als straf voor zonde aangezien. 

Hun godsdienst was rationeel, gespecialiseerd en chirurgisch, kruidengeneesmiddelen. 

MAYA'S 

De artsen waren allen priesters. Hun leven was godsdienst. Ziekten werden voornamelijk door bezweringen genezen. Zij waren gespecialiseerd in zielsziekten en kenden vele onderscheidingen. 

Hun medische kennis was zeer groot. De geneeswijze was altijd religieus en bestaat heden nog. 

Verder geneeskrachtige kruiden. 


INKA'S 

Religieus-geneeskundige behandeling. Ziekten konden uit vorige levens stammen; verkeerde levenswijze, een zondig leven leidde tot ziekten. Ook het getroffen worden door een vloek. 

Als hun Inka-leider, de zoon van de zon, ziek werd, moesten zijn onderdanen hevige zonden begaan hebben. (volgelingen kunnen de meester ziek maken) 

De ziekte van een leider had ook met een verzwakking van zonnekracht te maken (de zon regeert astrologisch de leidende lichamen). Door deze opvatting werd de biecht tot een verlossing; ziekten van de leider bracht het gehele volk in gevaar. De biechtpriester betaalde het verbreken van zijn zwijgplicht met zijn leven. 

Kennis van kruiden ging van vader op zoon en was uitstekend. De geneeskunde van de Azteken, Maya's en Inka's heeft veel tot de wereldgeneeskunde bijgedragen, de rest leeft voort in volksgebruiken. 


SCHAMANEN 

De schaman is een specialist van de Siberische stammen en Eskimo's. Hij wordt voorbereid op zijn geneeskundige en religieuze taak door zelf een soort zielsziekte te doorlijden. In de puberteit krijgt hij deze gewoonlijk. Geneest hij zichzelf dan is hij bekwaam en geroepen. (mediamiek kind zijn) 

Hij werkt onder trance. 


NATUURFILOSOFIE EN PYTHAGORAS 

Vier elementen: lucht (droogte), water (vocht), vuur (hitte),  aarde (koude). 

Vier lichaamssappen: bloed, slijm, gele en zwarte galvocht. 

Vier organen: hart (vuur), hersenen (water), lever (lucht), milt (aarde). 

Behandeling met tegengestelden. Hippokrates onderschrijft dit. Natuurwetenschappelijk arts. 

Van oudsher onderwierp de arts zich aan een godsbeeltenis. "Er zijn in naam veel artsen, in werkelijkheid zijn er maar weinigen" (Hippokrates) 


UITSPRAKEN VAN HIPPOKRATES  

De arts moet bescheiden zijn, er waardig uitzien, gezond zijn, ongezonde artsen kunnen geen zieken helen. Rein zijn, goed gekleed en welriekend. 

Hij moet zwijgzaam zijn, een absoluut goed geordend leven leiden, dan heeft hij daarvan voordeel voor zijn naam. Het moet het karakter van een edelman bezitten, tegenover anderen gedraagt hij zich waardig en mensenvriendelijk; want een haastige en een zakelijke aard stelt men niet op prijs, zelfs wanneer het echt nuttig zijn zou. 

Hij moet toegankelijk zijn en niet knorrig, want dat is zowel voor gezonden als zieken moeilijk. Hij moet goed op zichzelf letten, noch veel van zijn lichaamsdelen zien laten, noch veel met leken omgaan, slechts het nodige is goed. Het moet het alleen nodige zijn voor de behandeling. Hij zal niets overdadigs doen, noch iets opvallends (150 Hippokrates) 

Het honorarium was een eregave. De priesterartsen leefden van de gaven die de zieken brachten. 

De genezene geeft naar eigen maat en vermogen. Geschenken zijn zijn loon, geld is een vloek; hij verliest daardoor de goddelijke Kunst. 


VAN HELMONT  

Dageraad of de opkomst van de Nieuwe Geneeskunst - Jan Baptist van Helmont (1660) 

Hij belevendigde weer de priesterarts roeping, gebaseerd op de natuurwetenschappen en opgedragen aan "Iod-He-Vau-He" J.H.V. 

"Wilt dan, o Heer, mijn ziel laten behouden, ter uwer ere, hare geleende gaven, opdat ik door Uw goedheid mijn naasten een deel mijner verplichtinge, in deze doodsweg verbeelde. 

Zijt, O Heer, alleen mijn poolster, die alleen de weg, de waarheid en het leven zijt, dat's al 't gene men alleen moet trachten te beminnen." 

Van Helmont werd bekend als arts, alchemist en natuurwetenschapper. 

Hij volgde de leer van Pythagoras, Hippokrates en Paracelsus. 

Ook hij was religieus, filosoof en intuïtief genezer. 

Hij wijdde de ziekten aan de disharmonie der innerlijke vier elementen en zo bracht hij de oude Grieks-Egyptische opvattingen weer boven. 

De arts zonder God is als een schip zonder roer. 

Arts zijn is een gave en een roeping, alle anderen zijn kwakzalvers.

1970 - 2024, copyright Henk en Mia Leene