11a - de esoterische achtergronden van de Hindoe-astrosofie

Het Hindoeïsme wordt teruggevoerd tot het ontstaan van het Brahmanisme, dat ongeveer 1600 jaar voor Chr. via de Indo-Europeanen India binnenkwam. 

We mogen hier er even aan herinneren dat de historici verschillende overeenkomsten hebben ontdekt tussen het Brahmanisme en het Druïdisme, aangezien beide filosofische stelsels een voortvloeisel geweest moeten zijn van de Indo-Europeanen. 

De Kelten spraken een Indo-Europese taal. 

De Kelten, later de Druïden en de Brahmanen waren grote leraren in de astrologie, een wijsheid die zich verliest in een oerverleden. 

De astro-sofie bewaart in al zijn uitbeeldingen overblijfselen van een grondwijsheid uit geheel de wereld. 

Vandaar dat de Griekse mythen, de Chaldese ritualen, de Egyptische symboliek, de Westerse filosofie der Druïden elkander ontmoeten in de oer-astrologie zoals die eenmaal door de oude volkeren werd beoefend. De geneeskunst werd uitgeoefend op basis van de astrologie. 

Zij was, in oorsprong, een priesterlijke leer. 

Nog heden trekken de priesters horoscopen van de toekomstige bruidsparen, maar de basis van de oer-astrologie is verloren gegaan. 

Zij baseerde zich uitsluitend op de overeenkomst tussen macro- en microkosmos. 

Het Brahmanisme gaat ervan uit dat de verbindende adem (atmân) die geest en natuur, geest en mens, en de onderlinge rijken verenigt zich in alles bevindt. 


ZODIAK 

In deze verbintenis tussen geest en mens neemt de "zodiak" een zeer bijzondere plaats in. 


ADITYA'S 

Bij de historici is het een vaak voorkomende uitspraak dat men zegt: de goden van gisteren zijn de demonen van vandaag en de goden van vandaag zijn de duivels voor morgen. 

De zeven oerdeugden, de zeven oerzonden en de twaalf trawanten. 

De overleveringen van de volkeren bestuderende raakt men overtuigd van de juistheid van die uitspraak. 

De twaalf zodiakale sterrenbeelden en de zeven planeten vindt men in de oude overleveringen terug als middelende goden of krachten tussen de grote Geest en zijn schepping. 

Aditya - de Zon - werd geassisteerd door de Aditya's of de onzichtbaren (planeten) en zij stonden onder supervisie van Varuna (Maan), of de god der wateren, de Alomvatter. 

Onder leiding van de Alomvatter werden zij tot vorm gebracht en werden tot de planeten. 

Man = het mentale, 't kind - de Zon. 

Vrouw = de vorm - Maan - etherisch werkzaam. 

Oorspronkelijk zag men de Zodiak als een wiel, het wiel van Vishnoe, de tweede godheid van het Hindoeïsme. 

De godheid die de schepping door drie passen verdeelde in Hemel - Aarde - Atmosfeer of Sfeer. 

Het zodiakale wiel is het instrument van Vishnoe; indien vergeleken met het christendom kan men zeggen dat het zodiakale wiel het instrument is waardoor Christus zich aan de mens en mensheid bekend maakt. 


WIEL 

Denk aan het wiel van geboorte en dood; het wiel van wedergeboorte.

De horoscoop-tekening ziet eruit als een wiel, waarbinnen de twaalf Aditya's, die ondergeschikt zijn aan de zeven Aditya's, regeren.

Zij beschikken over 36 Tattwa's, in de horoscoop genoemd: de 36 decaden. Elk zodiakaal teken is verdeeld in drie decaden; hun tijdperk elk in drie stadia.

Een Tattwa (decade) is een energie-kern die in al het levende aanwezig is, om, zoals het Hindoeïsme zegt, de eenheid de verdelen in de veelheid. 

Tien dagen van kracht, na de tienheid komt er verandering. 

De ene vorm vernieuwt zich in de andere, daar tussenin ligt de transformatie.

Elke verandering vindt plaats na de volheid van de décan of decade.

Denk aan de getallensymboliek van 1 - 10, de Tienheid. 

De mens van de eerste decade is aldus anders dan de mens van de tweede decade van hetzelfde teken. 

Oerzonden:

Zon - hoogmoed;

Maan - luiheid;

Mercurius - jaloezie;

Venus - wellust;

Mars - drift;

Jupiter - gulzigheid;

Saturnus - gierigheid.


De zodiak was dus oorspronkelijk een kosmisch chakrum of wiel. 

De geestelijke energie werd erdoor vermengd met de kosmische energie. 

De Veda's vermelden de 36 Tattwa's of energiekernen die aanwezig zijn in de mens. 


Volgens de Hindoe-leer is "Alles in Allen". 

Hierdoor kan de Brahmaan uitspreken: "Aham Brahma Asmi" - "Ik ben Brahma". 

Hetzelfde vinden we natuurlijk terug in het oer-christendom: de mens is gode gelijk. 


De heilige astrosofie is een leer over de eenheid die zich verdeelt in de veelheid en over de veelheid die weer terug moet keren tot de eenheid. 

De 7 chakra's zijn de 7 demonen. 

De "Astro-sofie" kan de mens vertellen welke Avitya's - gebonden, aan de Zon en Varuna, de god van het water, onderworpen goden of demonen hem beheersen. 

De gedachte dat er een verbindende schakel is tussen geest en materie, oude en nieuwe vorm, natuur en schepper, kleur en klank, is heel oud en een onderdeel van de oer-triade: Vader - Zoon - Heilige Geest; vader - moeder - kind; positief - negatief - vrucht; geest - ziel - lichaam. 


BRAHMA - VISHNOE - SHIVA 

Shiva beslist over een wedergeboorte of een vernietiging. 

Shiva is als de heiligende dan wel ontheiligende geest. 

De alomtegenwoordige geestelijke of goddelijke energie, dan wel de demonische energie. 

In hoeverre de mens vanuit de veelheid terugkeert tot de eenheid is afhankelijk van zijn verhouding tot Shiva. 

Daarin speelt het karakter van de aanwezigheid van de demonen dan wel goden in elk mens een belangrijke rol. Demonen of goden die te herkennen zijn in de grondtekening van zijn zodiakale wiel. 

Zodra in de mens zijn zeer individuele Vishnoe (Maan) of ziel gekomen is tot een wederopstanding, heeft hij zich losgemaakt van de derde godheid Shiva (de verbintenis met de aarde) en dus tevens van de veelheid of het zodiakale wiel van de astrosofie. 

Aldus kan men vaststellen dat astrosofie een onderdeel is van het met de natuur of de materie vermengde wezen; men kan er ziele-mogelijkheden in aflezen, maar meer niet. 

Zodra de ziel, de zeer individuele Vishnoe de leiding overneemt, valt de heerschappij van de 12 gebonden Avitya's en zelfs van de 7 heersende Avitya's weg. 


TUSSENMACHT 

De verbindende macht herkent men overal: 

b.v. de kleur "groen" is de verbindende schakel tussen kleur en klank.

Hetzelfde van de muzieknoot F. F is, zo weten de musicologen, de noot van de natuur. 

Door middel van deze noot F werden in de oudheid vele magische handelingen verricht. Denk hierbij ook aan de betekenis van de smaragd, de smaragdgroene kleur. De verbinding tussen mens en diamant, diamant - smaragd - robijn. 

In de oudste overleveringen verdeelt men de heilige astrosofie in twee stromen: 

1. een nuchtere, intellectuele, bijna rationele stroom, die meestal wordt vertegenwoordigd door de zodiakale 12 sterrenbeelden. 

2. een brandende stroom, via het gevoel en de mystiek, voortkomende uit een herinnering aan een plotselinge catastrofe, en deze geeft de voornaamste plaats aan de Zon. (waarde in de horoscopen is Zon of de 12 planeten) 

Deze laatste intensieve stroom werd teruggedrongen door de verplaatsing van de aard-as; daarna namen de planeten de plaats in van de Zon, als unieke godheid. 

Ziehier een ander beeld van het verdwijnen van de Zon-Maan religio. 

De zonne-religio in zijn oorspronkelijke vorm verdween. 


In de heilige astrosofie kende men oorspronkelijk eveneens twee aanzichten: het leidende en het dienende principe. 

Het dienende principevertegenwoordigde de zodiak. 


Toen de Eenheid, de opperkracht, wegviel werd het dienende verheven tot heersende stroom; het hoofdaspect 12, vroeger 1.

De Maangodsdiensten werden leidend, de veelheid ging heersen over de eenheid. 

De kameraden van de Zon werden goden, de geest zelf werd teruggedrongen. 


HET WESTEN IN DE HOROSCOOP 

In de horoscoop ligt de ascendant, de belangrijkste macht, in het Westen. 

In de oude leringen troont Avalokitecvara, de grootste en eerste van de Boddhisattva's in het Westen. 

Voor de Grieken lag het eiland van de Zaligen in het Westen. 

Voor de Kelten lag de Aarde der Jeugdigen of Levenden in het Westen. 

Dit verwijzen naar het Westen, zeggen de onderzoekers, bewijst dat de astrologie uit Atlantis stamt. De Atlantische overleveringen vertellen dat in het oude Atlantis er boven de Zon, als oppergod, noch een macht was. 

Jupiter was slechts een ondergeschikte macht, één van de 12 goden. 

Aldus kan men zeggen dat de astrologie, of astrosofie behoort tot de leringen die de mens en de ziel moeten verwijzen naar een Godheid boven de Zon. (Uranus?) 


In de legende van "Manoe Vaivaswate" zijn de zeven rishi's die in zijn ark opgesloten zijn, dezelfde als de zeven planeten of goden, die aan de zodiak zijn gebonden om de eenheid te dienen, die de veelheid wil doordringen. (stichter van het vijfde wortelras) 

In de Atharva-Veda kan men lezen: De tijd beweegt zich langs zeven wielen; hij heeft zeven zenuwen. 

Maar elk deel van elk wiel is overeenkomstig het andere, maar is er niet gelijk aan. 

Elke planeet is overeenkomstig de andere in grootheid, maar zij zijn niet gelijk in werking. 


MAZDEEËN (volgelingen van Johannes de Doper) 

De Mazdeeën geloofden aan "Fravarshi", een onsterfelijk deel en superieur deel in de mens, een pure essentie, een half geestelijk deel, dat niet slechts de natuur en de mens bezat, maar ook de goden. 

Deze "Fravarshi of Ferouer" werd in de oudheid vergeleken met Mercurius. Hij, die aan de Zon gelijk is. Hij, die ineen moet smelten met de Zon. 

Hier is dus weer een herkenning met de alchemie en alle overleveringen van Mercurius als Boodschapper. 

In de horoscopie wordt geleerd dat als Mercurius voorbij de Zon staat 

men hardleers is, en als hij voor de Zon staat dat ervaringen nog heilzaam werken. 


BOEDDHA 

In "Les écrits primitifs du Bouddhisme" zegt Boeddha: 

"Zolang mijn juiste kennis en mijn innerlijk inzicht met de drie verdelingen (decaden) en de twaalf afdelingen nog niet zijn gereinigd in deze vier edele waarheden, zolang, mijn monniken, heb ik nog niet de top van de volmaakte verlichting bereikt in deze wereld van goden, Mâra, Brahma, zijn scheppingen met de asceten, de Brahmanen, de goden en de mensen, ik heb dit herkend." 


TWAALF NIDANA'S 

De twaalf Nidana's zijn in de Hindoe-leer de twaalf oorzaken waarop de mens is gebonden aan het wiel van geboorte en dood. 

Zij zijn in overeenstemming met de twaalf zodiakale goden, die ook duivelen kunnen worden. 

In het Boeddhisme en ook bij Avicenna (een Arabische filosoof) zijn de twaalf Nidana's hetzelfde als de twaalf bewustzijnstreden. 

Zij zijn weer overeenkomstig elkander maar niet gelijk. 

Sanscriet - Hindoe - Avicenne - Reiniging 

1. - Avidya - Onwetendheid - Wil - Ram 

2. - Samskara - zelfbevredigend - Onthechtig - Stier 

  streven 

3. - Viynana -  Kennis vergaren - Tijd - Tweeling 

4. - Nama Rupa - Dubbele persoonlijkheid - Reflectie - Kreeft 

    (verstrikt in Maya) 

5. - Shadayatana - Waarnemingsorganen - Herkenning - Leeuw

6. - Sparsha - Ondergaan/beroering - Volmaakte rust - Maagd 

  scheiding 

7. - Vedanâ - Emotioneel zelfbedrog - Zelfverloochening - Weegschaal 

8. - Trishna - Begeerte/heilbegeren - Vrije zelfverwerkelijking - Schorpioen        levenshonger

9. - Upâdâna - Verlangen naar - Wilsovergave - Boogschutter 

    wedergeboorte 

10. - Bhâva - Het werken - Goddelijke spiegel - Steenbok 

11. - Jati - Bewijs van de werken - Zelfvergetelheid - Waterman 

12. - Jara-Marana - Wegsterven - Vereniging/Ontwaken - Vissen 


Avicenne, als filosoof en medicus geeft de bewustzijnsgraden weer als reinigingen. 

De Hindoe-leer ziet hen als opklimmende treden. 

Het Boeddhisme ziet hen als naast elkander aanwezig zijnde belemmeringen. 

Universeel gezien worden in alle overleveringen de zodiakale beelden toch in onszelf aanwezige goden of demonen, helpende dan wel belemmerende energieën. 

In het Boeddhisme, zowel in China als in Tibet, als in Indonesië is de vierde cirkel van het Levenswiel verdeeld in twaalf Nidana's, die bovenaan beginnen en de wijzers van de klok volgen: 


Ram - een blinde kameel of een onwetende ridder, die van achteren door een slang kan worden aangevallen. 

Stier - een boetseerder die aarden voorwerpen modeleert. 

Tweelingen - een aap in een boom. 

Kreeft - een boot die een rivier of een zee oversteekt. 

Leeuw - een leeg huis of een menselijk masker. 

Maagd - een man met een ploeg of een paartje dat zich omarmt. 

Weegschaal - een pijl die een oog treft of een speer in de rug. 

Schorpioen - een dronkaard of een speler. 

Boogschutter - een oogster. 

Steenbok - een zwangere vrouw met abnormaal grote borsten. 

Waterman - iemand die een kind naar zijn moeder brengt. 

Vissen - een lijk of een skelet. 


In de Hindoe-filosofie worden de planeten vergeleken met de geestelijke stromingen in de mens: 

Surya - Zon - Levensadem, Atmâ, Logos. 

Chandra - Maan - het zieleprincipe, het vrouwelijke, het water. 

Budhan - Mercurius - Goddelijke wijsheid, herkenning, slimheid. 

Shukra - Venus - het vrouwelijke aspect van Vishnu, schenkende liefde. 

Kuja - Mars - de nemende liefde, moedige koningen en soldaten. 

Brishapati - Jupiter - goeroe en leraar, verbinding met de hemel, de kennis der voorvaderen.  

Shani - Saturnus - de langzame, de behoudende, de louteraar.


In de Hindoe-filosofie vallen de kasten ook onder de planeet-invloeden. 


De Brahmanen onder Jupiter en Venus; (de geestelijke, de kunstenaars, de geleerden).

De Kahatrivas onder de Zon en Mars; (de heersers, de hovelingen, de krijgslieden).

De Vaisya's onder de Maan en Mercurius; (de landeigenaren, de ambachtslieden, de handelaars). 

De Soedra's onder Saturnus; (de ambtenaren, de arbeider, de dienaren).

1970 - 2024, copyright Henk en Mia Leene