515 - de zang van levende zielen

"De ziel des mensen is het pad der goden."

"De ziel van een goed mens is een onneembare vesting."

Epictetus

Men herkent de bloemen aan hun geur, zo kan men mensen herkennen aan hun ziel, want de geur van de bloemen is het kenmerk van hun ziel, zo is de spirituele geur der mensen een waarmerk van de kwaliteit hunner ziel. 

Er bestaat geen mens zonder ziel, maar wat is de ziel eigenlijk? 

Er zijn twee soorten zielen: ten eerste het levensconcentraat waaruit het lichaam leeft en ten tweede het levensconcentraat waaruit de eeuwige mens leeft, dus die mens die regelmatig incarneert om tenslotte tot zijn oorsprong terug te keren. 

Die eeuwigheidsziel is altijd verfijnder, onaardser dan de lichaamsziel en heeft ook andere verlangens. 

Het is geen vaststaande wet dat iedere mens deze twee zielen bezit, er zijn talloze mensen die de eeuwigheidsziel niet kennen en dus totaal geen behoefte gevoelen aan een eeuwigheid, naar kentekenen van spiritualiteit, of reïncarnatie. 

Zij existeren louter uit de lichaamsziel en vinden hun bevrediging in lichamelijke genoegens. 

Denk niet dat dezulken niet verstandig zouden zijn, het verstand behoort tot het lichaam, de intelligentie behoort tot de eeuwigheidsziel. 

Intelligent zijn wil altijd zeggen: herkenningstekens ontdekken in de eenheid tussen hemel en aarde, mens en kosmos, analogieën vinden, harmonie onderkennen en doorlopend behoefte gevoelen de eeuwigheid te omarmen. 

Een intelligent mens kan slecht zijn in wiskunde, maar sterk in de goddelijke filosofie zijn. 

Als een oude uitspraak zegt: intelligentie is een last, dan betekent dit altijd dat intelligente mensen anders zijn dan hun medemensen: méér onderscheiden, achtergronden doorschouwen, etherische waarden onderkennen en nooit ongelovig worden indien zij gebeurtenissen zien, die verstandelijk niet te beredeneren zijn. 

Niemand weet beter dan zij dat het verstand zeer beperkt is en niet over zijn eigen schaduw heen kan springen. 

De lichamelijke mens kijkt nooit verder dan zijn neus lang is en vraagt altijd om tastbare bewijzen, de intelligente mens weet dat  er veel meer is dan de techniek en de zintuiglijke waarneming kunnen ontdekken. De eeuwigheidszielen zijn echter onderling zeer verschillend, hoewel zij één ding gemeen hebben, zij zijn overtuigd van de onzichtbare machten en krachten. 

De aardse persoonlijkheden zijn als evenzovele gekleurde flessen waarin de ziel gevangen zit, en hun kleur benadrukt de ziel. 

Elk van die eeuwigheidszielen heeft eveneens zijn incarnatie-ervaringen - maar ook het verschil van oorsprong achter zich. 

We zijn zo gewend om te denken: de ziel komt van God, een zeer simplistische opvatting, want god, of geest, is een alomtegenwoordige energie, die dus in het universum, op elke planeet, op elke ster, in elke schepping aanwezig is. 

Men kan nooit zeggen, dat is god, of dit is de geest. 

Dat is te eenzijdig en te eng. 

Men kan dus die geest niet terugbrengen tot een beeltenis. 

En als je zegt: maar het is de energiebron van alles, wat stelt u zich dan onder die energiebron voor, als je al weet dat de zon, onze kleine zon, een concentraat van atoomenergie is. 

Als die eeuwigheidszielen uit die onuitputtelijke alomtegenwoordige energiebron zijn voortgekomen zullen zij dus, minimaal, niets anders zijn dan een atomaire energiebron, die zichzelf kan opladen en ontladen en die veel meer kracht bezit dan welke aardse energie dan ook. 

Die eeuwigheidsziel is dus almachtig. 

Voelt u dit zo, in uzelf, in uw denken en gevoelen? 

Wat mankeert er aan die eeuwigheidsziel indien we depressief, psychisch moe, wanhopig zouden zijn? 

Waaruit moet die ziel zich bijladen als ze zelf niets dan een atomaire kracht is? 

Hebt u er wel eens bij stilgestaan dat onze atoominstallaties, die uitsluitend werken met de voortbrengselen van de mysterieplaneten: plutonium, uranium, neptunium, eigenlijk een imitatie zijn van de eeuwigheidsziel, en dat dus die individuele eeuwigheidsziel zichzelf slechts zou kunnen voeden met kosmische kracht die vanuit de mysterieplaneten komen? 

Zeggen astrologische informaties niet dat de trillingen van de mysterieplaneten op aardse lichamen en aardse zielen een funeste invloed kunnen hebben? 

Zegt de esoterische astrologie niet dat de werking van de mysterieplaneten pas waardevol wordt indien de aarde en haar samenleving verandert, eventueel in een volgende era? 

De eeuwigheidsziel is dus werkelijk iets onaards iets mysterieus, iets dat in een ver verleden gewend was met trillingen buiten ons zonnestelsel te leven en te werken. 

Vandaar dat zij ons ook dringt om onaardse dingen te zoeken, waarvan de persoonlijkheid nauwelijks iets afweet. 

Ons zonnestelsel is een gevangenis voor deze zielen en dus wil zij uitbreken en dus gelooft zij in alle signalen die van buiten dit zonnestelsel komen, daarvoor behoeft zij geen bewijs van de techniek. 

De ziele-intelligentie wéét voordat de techniek iets bevestigt, alleen is het heel moeilijk om deze kennis over te dragen op de aardse zielen, daar zij geen flauw benul hebben waarover de eeuwigheidszielen spreken. 

Het "herkennen" is een direct bewijs voor een ziele-ervaring, in de reïncarnatie wordt het "déjà vu" als bewijs aanvaard, in de zang der zielen wordt het van binnenuit herkennen opgevat als een bewijs van de kwaliteit, en de oorsprong van de individuele ziel. 

Als ik in een filosofie iets herken als mijn zielebezit, hoewel ik het voor de eerste keer hoor, is dit een bewijs dat mijn ziel daar eens mee te maken had. 

En wat je herkent bepaalt je waarde, je situatie in een vorig leven, vanuit de ziel bezien. 

Je kunt "lijden" herkennen, je kunt "vreugde" herkennen en je kunt abstracte ervaringen herkennen, eveneens kun je technisch nog onbewezen feiten herkennen als zijnde de waarheid. 

Maar de waarheid is afhankelijk van de individuele ziel. 

Iedereen heeft zijn eigen waarheid en we kunnen elkander nooit van onze eigen waarheid overtuigen. 

Mits er een eeuwigheidsverbintenis bestaat: dus indien we dezelfde kennis en dezelfde ervaringen bezitten. 

Is het in het aardse leven niet hetzelfde: ik weet precies wat voor pijn een gebroken been geeft, indien ik zelf een gebroken been bezeten heb, voordien vermoed ik alleen wat voor soort pijn het is. 

Zo bouwen velen hun leven op, op vermoedens. 

Als ik van u aanneem dat God bestaat, bouw ik mijn zekerheid op uw waarheid en nooit op de mijne. 

Ik vermoed dat u gelijk kunt hebben op bepaalde feiten die ik van u weet. Maar ik WEET dat u gelijk hebt indien u bevestigt hetgeen ik al wist b.v. en omgekeerd. 

De levensweg van de eeuwigheidszielen bestaat uit niets anders dan bevestigingen van feiten die ze vergeten hadden, maar onbewezen reeds wisten. 

Op de aarde verlangt men tastbare vormen, daarvoor is het de aarde: een zichtbaar levensveld. Het onzichtbare levensveld van die aarde noemen we het metafysische levensveld, omdat zelfs de aardse mens niet meer onder dit feit uitkan.  

Maar het is - zoals we zeggen - volkomen logisch en natuurlijk, want de natuurkunde kan dit door proeven bewijzen. Dus is het onzichtbare veld van deze aarde niet spiritueel. En dat is waar. 

Ons etherisch dubbel, ons aurische lichaam is geen spiritueel lichaam, maar een inspiratievorm, een levensbron voor het  aardse lichaam en de aardse ziel. 

In de psychosomatiek wordt geleerd deze aardse ziel te helpen, maar zij kan nooit raken aan de eeuwigheidsziel, omdat deze veel hogere of fijnere hulpbronnen verlangt. 

Er is dus een groot onderscheid tussen het lijden van de aardse ziel - waardoor het lichaam soms niet meer kan functioneren - en het lijden van de eeuwigheidsziel, waardoor het lichaam wel kan functioneren, maar er psychische pijnen, psychische droefheid, psychische honger blijft. 

De psychiater bereikt de eeuwigheidsziel nooit. 

Dit kan alleen de ervaren, wijze, gelijkgezinde therapeut. 

Vandaar het falen van zoveel psychologen en psychotherapeuten. 

Het begrip psyche ontgaat hen ten enenmale. 

De psyche is dat deel van de ziel dat achterbleef in haar oorspronkelijke levenssfeer. De psyche is de positieve helft van het negatieve deel van ons ziele-atoom. 

Wij zijn hier op aarde nl. door een soort individuele atoomsplitsing en de oorzaak is veelal van kosmische oorsprong. 

Denkt u maar aan het Evangelie van de Pistis Sophia, die zegt dit volkomen duidelijk, de eeuwigheidsziel is ten dele en de aardse ziel niet - vandaar dat zij nergens naar verlangt. 

Degenen die zulk een positief atoomgedeelte achterlieten worden hier voortdurend door dat gedeelte geïnspireerd, zij die dit niet ervaren bezitten een volledige ziel. 

Een volledige ziel zoekt anders. 

Een gesplitste ziel voelt zichzelf altijd ten dele. 

Vraagt u zich maar eens af: waar zoekt u naar, als ziel? 

Kennis, bevestigingen, volkomenheid?  

Het woord "volkomenheid" bevestigt reeds dat de ziel zich niet volkomen gevoelt, er ontbreekt dus iets, en dit heeft niets te maken met natuurlijke tekortkomingen. 

Iedereen weet dat de natuur niet volkomen is, zij kan vergissingen begaan, zoals kreupele dieren voortbrengen b.v., maar deze onvolkomenheid heeft altijd een aanwijsbare oorzaak. 

Een geestelijke inspiratie maakt zulk een eeuwigheidsziel voor een moment volkomen. Over de waarheid valt dus niet te discussiëren. 

Wij kunnen iets aanhoren en het overwegen, het aan onze ziel voorleggen, de aardse ziel wijst alles af als zijnde belachelijk, de eeuwigheidsziel toetst alles aan haar eigen ervaringen. 

Maar ook aan haar nog onbevestigde weten. 

Momenteel leven we in een tijd dat de aardse zielen zich ongelukkig gevoelen, terwijl de eeuwigheidszielen zich doorlopend geprovoceerd gevoelen doordat er allerlei lang verborgen geheimen blootgelegd worden. 

Het is een tijd van ontwaken, voor beide. 

De aardse ziel moet geheeld worden door lijden, de eeuwigheidsziel moet wakker geschud worden door provocaties. 

Er moet een felle herkenningsscheut door haar heen gaan. 

Teveel materialisme verstikt de aardse ziel, maar behoeft de eeuwigheidsziel totaal niet te raken. Zij heeft immers niets te zoeken in de materie en indien er vreugde is om veel materieel genot behoort deze sensatie altijd tot het lichaam. 

Alles wat bij de aarde behoort vraagt aardse zekerheid, tastbare zekerheid. Hierop speculeert de aardse maatschappij. 

Een eeuwigheidsziel lijdt niet onder armoede, het wordt een extra belasting omdat het lichaam dan moeilijker te benaderen is, maar dit is met overdaad eveneens, maar de eeuwigheidsziel lijdt er beslist niet onder. 

Het zijn ervaringen waardoor zij leren moet zich op aarde anders in te stellen, maar "lijden" heeft voor haar een andere klank. Zij lijdt door gebrek aan psyche, omdat de psyche haar voedingsbron is. 

Als je het gevoel hebt dat een medemens iets aan je onttrekt kan het zijn dat hij of zij uw psyche vermindert. 

En velen bezitten helaas maar weinig psyche, weinig spirituele energie om hun ziel te voeden. Als de psyche de ziel voedt, als zij samensmelten dan welt in een mens "de zang der levende zielen" op, het is een trilling die je boven jezelf uit doet stijgen. 

Dit wil zeggen dat je innerlijk aan de aarde ontstijgt en aardse behoeften totaal niet mist. 

Alle leringen die iets van de kosmos in zich bewaren trekken eeuwigheidszielen aan, omdat zij de kosmos, de onbegrensdheid zoeken. Alle anderen vinden die leringen onzin, omdat zij zich binnen ons zonnestelsel vrij voelen. 

De meeste, heden zo gevraagde, leringen, zoals astrologie, getallenleer, acupunctuur, en ook de principes van de homeopathie komen oorspronkelijk van buiten ons zonnestelsel, zij "werden meegebracht" zoals de legenden vermelden. 

Elke schepping, waar ook in het universum, leeft altijd temidden van een omgeving waar het geneesmiddelen kan vinden. 

De macrobiotiek is hiervan een flauwe afspiegeling, alleen verkeerd geïnterpreteerd, inderdaad heeft elk schepsel zijn geneesmiddelen in zijn omgeving, en ook zijn voeding, maar de macrobiotiek vergeet dat onze aarde een conglomeraat is van schepselen die hier oorspronkelijk niet thuis hoorden en dat deze oorsprong niets te maken heeft met landsgrenzen. 

De aardebevolking, ongeacht haar ziel, moet op aarde leven, op aarde haar geneesmiddelen vinden, en of die uit China, Japan ofwel uit Europa komen is niet van belang, alleen de gewoonten zijn verschillend, maar ook rassen zijn verschillend en rassen hebben een andere oorsprong dan aardemensen. Een oorspronkelijk ras kent zijn eigen oorsprong. Maar de aarde is de moeder van alle aardse lichamen en kan deze aardse lichamen dan ook met haar producten verzorgen. 

Vanuit het Indiase ras komen informaties die voor het Indiase ras de waarheid zijn, maar die voor het Chinese ras volkomen foutief zullen zijn. 

De blanke mens heeft volkomen andere uitgangspunten dan het rode ras, maar de eeuwigheidsziel in rood of blank zal overeenkomsten hebben, hoewel er ook grote verschillen zijn. 

Beide zullen een uitweg zoeken, want zij gevoelen zich op aarde gevangen. Maar daarom kan een rood lichaam wel met een kruid van het blanke ras worden genezen en omgekeerd. 

En dit is in tegenspraak met de macrobiotiek. 

De aarde is ons aller plaagtehuis en zij kan ons goed verzorgen indien wij haar niet misbruiken. 

Als er in de "legende van de lichtzonen" staat dat de "engelen de mensen leerden de planten en de bomen te gebruiken" kan dat zoveel zeggen als: degenen die de levensomstandigheden van de aarde nog niet kenden, moesten haar hulpbronnen leren, haar voeding herkennen, haar levensvoorwaarden ontdekken. 

Als ik - uit Nederland - in India kom, ken ik ook de daar inheemse kruiden niet, als ik, met een eeuwigheidsziel en een aardse ziel, mijn lichaam goed functionerend wil houden, moet ik weten, als aardse ziel, wat ik daarvoor nodig heb. 

En die aardse ziel is, eens, volkomen nieuw geweest voor de eeuwigheidsziel. Het zijn twee meesters in één huis. 

Niemand mag echter zeggen dat deze twee meesters met elkander strijden, want de aardse ziel regeert over het lichaam en de eeuwigheidsziel interesseert dit lichaam in werkelijkheid niet. 

Niettemin moet zij ermee leven, dus moet het functioneren.

Beide zielen kunnen zich verenigen - in harmonie en noodzaak - omdat hun leven uit één energiebron stamt. 

De eeuwigheidsziel beschikt echter over een hogere energie, een verfijnder trilling dus, en de aardse ziel over een lagere energie, een langzamere trilling dus. 

Daar in de schepping, het hogere ALTIJD heerst over het lagere, is de eeuwigheidsziel dus altijd de meerdere van de aardse ziel. 

Indien een mens dit niet zo ervaart is er iets volkomen mis  gegaan. 

Zodra de psyche - als voedingsbron - vermindert, kan de eeuwigheidsziel zwakker worden en kan iemand het gevoel hebben dat de aardse ziel de sterkste wordt, doch dit is slechts  een gewaarwording, hoe minimaal de hogere trilling ook is, zij is altijd de machtigste. 

En dit slaat op al die uitspraken over onoverwinnelijkheid, of, zoals Epictetus zegt: de ziel van een mens is een onneembare vesting. 

Het lagere kan NOOIT het hogere overwinnen, of dit hogere moet zich vrijwillig gevangen geven. 

Dit moet tot nadenken stemmen. 

Als we wegzinken in wanhoop en depressie b.v., is er iets in ons dat dit WIL, er is een opening gemaakt waardoor het lagere van binnenuit het hogere kan inkapselen, maar dit wil niet zeggen dat het hogere overwonnen is. 

Vandaar dat de mens met een eeuwigheidsziel steeds hoopvol, optimistisch, onvermoeibaar blijft, want de kennis van het "hogere  dat onoverwinnelijk is", is hem eigen. 

Het is de kennis die hij van zijn ziel doorkrijgt en deze ziel zal in hem voortdurend de "zang der levenden zingen" .

1970 - 2024, copyright Henk en Mia Leene