511 - geheime leringen

"Uw geheim is uw bloed, als u het laat ontsnappen zult u sterven."

Berbers

Er zijn in de loop der tijden heel wat geheime leringen geweest en de kloosters liggen er vol mee. 

Het woord geheim heeft altijd een intrigerende klank gehad, want "geheim" betekent uitverkoren zijn, geheimen zijn voorbehouden aan een zeer selecte groep mensen. 

Het is alleen tragisch dat er nauwelijks mensen zijn die het  geheim kunnen bewaren, zodat ook het begrip geheim aan de profanatie werd prijsgegeven.

Het woord geheim komt van heimelijk, ook wel heimelijke, hetgeen betrekking heeft op huis, op heim; het was voor het huis, voor de familie, bestemd. 

Het is een woord dat pas uit de 15de eeuw stamt, voordien had men andere begrippen, zoals verborgen.

Wij bezitten alle een verborgen wezen en een verborgen leven, alleen bekend aan degenen die in het huis zijn. Vandaar dat de uitdrukking: "zijn eigen nest bevuilen" zo denigrerend klinkt, je hebt dan het geheim verraden. 

En geheimen zijn er, zo zegt de volksmond, om openbaar te maken; daarom is het volk ook profaan, blijft het vóór de deur van het Huis Gods staan. 

Zolang ik mijzelf niet ken, heb ik geen toegang tot mijn eigen geheim. Het geheim houdt op een geheim te zijn, zodra iemand zijn mond voorbijpraat, vanaf dat moment verliest het geheim zijn gebundelde kracht. 

Zo is het ook met de mens zelf. 

Hij is sterk doordat hij het geheim over zichzelf bewaart en dit  kan ten kwade zowel als ten goede worden gebruikt. 

Het is slechts een kwestie van bundelen. Iemand die kracht kan bundelen moet een geheim kunnen bewaren. 

Onze tijd van z.g. openheid is de tijd van krachtverlies, de oude tijden met hun verborgen leringen waren tijden van kracht, van grote wijzen enz. 

Vandaar dat het zo zwaar telde, indien een Parfait of Bonhomme een onwaardige toeliet tot hun gemeenschap: het geheim, dus de kracht, was niet veilig bij hem. 

Het is bij groepen hetzelfde als bij eenlingen: kracht bundelen is afhankelijk van het individu; het is de kern van enkelingen die een groep sterk maakt, het is nooit de veelheid. 

Zolang men niemand vindt die men kan vertrouwen, moet men alleen blijven met zijn geheim, wat dit ook inhoudt. 

Geheime leringen zijn verborgen informaties die beperkt blijven tot enkelingen die met hun leven daarmede pal staan. 

Dit zie je in een oorlog, dit zie je in zaken, in sociale omstandigheden, in gemeenschappen. 

Dat het woord "geheim" in onze tijd zo graag wordt ontmanteld, betekent dat de profanen niet in staat waren een kracht te  bundelen en dus nu revanche zoeken, of een vervanging zoeken. 

Geheime leringen prikkelen, niets is zo aantrekkelijk als een  groep zegt dat je "indien je dit of dat doet" toegang hebt tot het "geheim". 

Belachelijk wordt het wanneer dat geheim niets blijkt in te houden. 

De geheime leringen regeren door hun inhoud, de profanen proberen te regeren door hun massa. 

Elke astronoom zal u kunnen zeggen dat de massa door een enkel ion zal kunnen worden gesplitst. 

Vandaar dat bij onze tijd de individuele onzekerheid past, als je geen verborgen bron hebt is er niets om je aan vast te houden, want het verborgene blijft, het geopenbaarde verwaait. 

Men is veelal jaloers op de mens die een "geheim" bewaart, zoals men hevig nieuwsgierig is naar het geheim van een lering. 

Laten we niet vergeten dat elke z.g. geheime lering het bezit is of was van enkele mensen die haar òf hebben samengesteld òf hebben doorgegeven. 

Geheim zijn de boeken die in het Vatikaan liggen opgeslagen, waaraan het Vatikaan zijn heerschappij dankt. 

Men kan menigten regeren door een geheim te bewaren. 

Men kan ons domineren door ons leugens te vertellen en de waarheid geheim te houden. 

De waarheid is in werkelijkheid niet geheim, maar zij is wel het bezit van enkelen en zolang die enkelen hun mond houden, blijft de massa zoeken. Zolang men niet weet aan welke waarheid men zich ongestraft kan vastgrijpen, blijft men onzeker.

Er zijn in onze tijd van openbaringen niet veel geheimen overgebleven, de oude geheimen vindt men in de z.g. esoterische literatuur en omdat we geheim-arm zijn, scheppen we z.g. geheimen: handelingen, gedragingen, die z.g. voor degenen van dezelfde tempel, van dezelfde groep zijn. 

Men vergeet dat de intensiteit en de kwaliteit van de kracht afhankelijk is van het soort geheim. Als vroeger twee vriendjes of vriendinnetjes een geheim hadden, lieten ze zich erop voor staan en de derde voelde zich buitengesloten, alleen omdat hij/zij het niet wist en het geheim kon heel goed de ene of andere onbenulligheid zijn. 

Zo spelen veel groeperingen met hun geheimpje. 

Degenen die dit niet kennen voelen zich buitengesloten, en dit ligt aan de instelling en de onkunde van de betrokkenen. 

Volwassen, rijpe mensen moeten zo langzamerhand toch wel ontdekt hebben, dat geen geheim zo krachtig is als het geheim wier kracht men zelf ontsluit en behoudt. 

Doordringen tot de geheimen van het leven, van de natuur, van  de geest, is de eigenlijke zoekersweg, maar wel een zeer individuele weg, een weg die tot innerlijke macht leidt. 

Men moet zich dan regelmatig afvragen: waartoe, waarom, hoe? 

Geheimen houden gelijke tred met de zoeker; al rijpende geven de geheimen hun kracht vrij, maar dan ook uitsluitend voor hem, die de sleutel heeft. 

Men kan veel informaties verzamelen, over de schepping, over  het ontstaan van de mensheid, over god en zijn engelen, of over gene zijde, maar dat zijn alle informaties, inlichtingen van hen die MENEN het te weten, maar weten zij het wel? 

Dat is slechts te controleren door hun gelijken, of beter nog, door hen die boven hen verheven zijn. 

Als iemand een uitspraak doet, neemt u dit dan op zijn of haar gezag aan? 

Hoe weet u dat er een waarheid werd ontsluierd? 

Slechts zij die zelf doordringen tot geheimen beseffen of zij deze al dan niet kunnen blootgeven. Dat de mensheid op de hoogte wordt gesteld van oorsprong en oorzaak van de schepping is geen geheim, zij BEHOORT dit te weten, hoewel de religies en de sekten dit beschouwen als HUN geheim. 

Dit is een machtsspel: zolang er onwetenden zijn, is éénoog koning. Dus hun geheim is de moeite van het weten nauwelijks waard. 

Je kunt die z.g. geheime leringen overal vinden, neen, HET geheim is direct verbonden met het individu. 

Leringen worden geheim genoemd zolang de voorganger bepaalt of deze aan de massa mag worden doorgegeven of niet. 

De voorganger bepaalt welk individu die geheime leringen zal kunnen begrijpen. Dit is nauwelijks een instelling voor onze tijd. 

Het is de schijn ophouden van de oude tijden. 

Ieder waardig, zoekend individu weet dat het geheim wat hij eventueel ontdekt NIET geschikt is voor de ander. 

Het is zijn geheim, het is zijn ontdekking, het is zijn kracht. 

Vandaar dat op alle niveaus geheimen worden bewaard, vandaar dat menigeen furieus wordt als hun geheim wordt ontsluierd en blijkt een leugen, een gemeenheid of een onbenulligheid te zijn. 

Onze tijd heeft het risico dat de mens geïndividualiseerd is en dus in zijn eentje op zoek gaat naar de waarheid. 

Hierdoor kunnen veel heilige huisjes omver worden geworpen. 

Het werkelijk verborgene beschermt zichzelf echter. 

Als je iets prijsgeeft aan de openbaarheid wordt het versplinterd  en de kracht van de concentratie trekt zich uit jezelf terug. 

Het verborgene bewaren is dus, in alle opzichten, een bescherming. Voor jezelf, niet voor het geheim. Het geheim behoeft voor zichzelf niet te blijven bestaan, het bestaat terwille van de bezitter. 

Een goed voorbeeld is het godsbegrip: talloos zijn de opvattingen, de namen, de discussies over God niettemin is God, als Bron, nog steeds een mysterie. 

Geen enkele groep kent dit mysterie, het is het geheim van het gerijpte en wijze individu. 

Een mens zal nooit kunnen zeggen ik ken god, op het moment dat hij dit uitspreekt is de verborgen God hem ontvloden. 

Door zo'n uitspraak ontkracht hij zichzelf dus. 

Hierin herkennen we de oude Zen-opvattingen. 

Satori is satori niet meer zodra de discipel het uitspreekt. 

Hierin is ook die oude overlevering terug te vinden van de verborgen naam Gods. Een onuitsprekelijke naam, een naam die in alle literatuur onvindbaar is. 

Hetzelfde geldt voor de AL-chemie: geen mens weet duidelijk wat het is dan degene die het DOET, en deze zwijgt. 

Het probleem voor de hedendaagse mens is dan ook niet het: ontkrachten, maar het kracht bundelen. 

Hoe verder we teruggaan in de tijd des te dichter komen we bij de noodzaak van het kracht bundelen. Hij die zwijgt, bundelt; hij die spreekt en huilt, ontkracht. 

De psychologen en psychiaters leren hun mensen zichzelf te ONTkrachten, maar niet zichzelf te vullen met kracht. 

En deze vullende kracht vinden wordt steeds zeldzamer, omdat de krachtbronnen onvindbaar, dan wel vervlogen zijn. 

Is het dan gek dat er heden zoveel zoekers zijn die vrijwel niets anders doen dan ronddwalen. Zolang men zelf niet rijpt, vindt men de bron niet. Kracht vindt kracht. 

Zolang men zelf onwetend blijft, kan men door loze geheimen bedrogen worden. 

Zolang men God niet kent, kan men Hem zowel ontkennen, dan wel valse goden aanbidden. 

Als men zegt "Ik geloof niet in God", meent men meestal, ik geloof niet in de god die mij jarenlang werd voorgespiegeld. 

Want jezelf losmaken van een Krachtstroom, komende uit een unieke Bron, is zelfmoord. Uit deze pogingen ontstaan velerlei ziektebeelden. 

Zolang een mens zich niet blijvend verbindt met een energiebron, zal hij ziek zijn, zoekend zijn, psychisch ontspoord blijven. 

Dan is alle z.g. genezing een tijdelijke kwestie. 

En je kunt je alleen maar vastmaken aan de energiebron, indien je ZELF op zoek gaat naar de bron van de energie. 

Hoe doe je dit? 

Door altijd de oorzaak, het begin van alle dingen te zoeken. 

B.v. Ik zie een bloem groeien. Waarom groeit hij, waarheen groeit hij, hoe groeit hij? 

Ik voel mijzelf b.v. onzeker. Waarom ben ik onzeker, welke oorzaak ligt daaraan ten gronde?

En dan niet blijven zeuren om de hete brij, maar voluit erkennen: ik ben onzeker omdat ik b.v. bang ben mijn baan of mijn gezicht te verliezen als ik bepaalde consequenties trek. 

Daar zit dan de fout. 

We kunnen jarenlang met allerlei smoesjes om de essentie heendraaien, we kunnen deze bedekken door allerlei leuzen en schijn-gedragingen, maar dit lost nooit het probleem op. 

En het probleem is de aanleiding voor al die bijkomstige narigheden. Er bestaan in wezen geen geheime leringen dan die, welke door de religieuze leiders als "geheim" worden bestempeld. 

Er zijn geen sekten meer die geheimen bewaren, die een mensheidsverlossende kracht bezitten, omdat de mensheid  NOOIT kan worden verlost dan door middel van het individu. 

Er is geen enkele sekte dan wel kerk, die de mensheid goed gedaan heeft, tot op de dag van vandaag niet. 

Het zijn de individuen die de mensheid dienstbaar waren en als  die individuen elkander begrepen, of achter elkander stonden, had je meerdere individuen die zulk een goed werk verrichten, maar zij zijn nooit onder te brengen, noch onder te brengen geweest in één groep, met een bepaald etiket. 

Er zijn talloze christenen, maar slechts enkele christelijke mensen, en aangezien het "christelijk zijn" een universeel begrip is, vindt men deze christelijken onder allerlei totaal andere groeperingen en ook tussen de z.g. anti-christenen. 

Het is niet het etiket dat bindt, of dat de kracht overdraagt, het is het individu, die vanuit zijn verborgenheid, zijn geheim, de kracht uitdeelt en weer samentrekt. Hij bepaalt dan ook in hoeverre hij dit doet, of in hoeverre hij daartoe in staat is. 

En deze kracht van het geheim is nooit dezelfde: hij toont zich onder allerlei hoedanigheden en de ene hoedanigheid is nooit minder dan de andere, hij is alleen ANDERS. 

Het is een tragische zwakte indien iemand zich onzeker gevoelt. In spiritueel opzicht. Er is geen stelliger zekerheid dan de geest, of de onzichtbare bron. 

Zou deze er niet zijn dan zou immers de gehele schepping al laag uiteengevallen zijn? 

Wij kunnen, als mensen, die schepping vervuilen, ondermijnen, ontkrachten, zolang die onzichtbare energiebron er zijn kracht in neerlaat, blijft die schepping intact. Misschien niet op de manier, die wij hopen, of niet in de wijze waarop wij haar nu kennen, maar zij blijft voortbestaan zolang die energiebron haar LAAT voortbestaan. 

God zij dank kent geen mens die onzichtbare energiebron, althans zij weten niet HOE deze ontkracht kan worden, anders zou de schepping uit elkaar spatten. Het zoeken naar de oorzaak is daarom automatisch, uit zelfbescherming van de oerbron zelf, een zaak voor rijpe en serieuze en wijze mensen. 

De logische, wetenschappelijke, determineermethode - hetgeen ook een zoeken naar de oorzaak is - zal NOOIT de essentie van  die oerbron vinden. 

Voor die tijd is hij allang uitgeschakeld. 

Voordat mensengroepen deze essentie kunnen aantasten gebeurt er iets dat hen uitschakelt. Voordat de mensheid de natuur dermate beschadigt dat zij haar krachteloos zou kunnen maken, wordt een groot deel van die mensheid weggevaagd. 

Dit is een wet, geen straf. 

Het is de kern van de wet: "tot hiertoe en niet verder", de wet van het onaantastbare geheim: de kracht van het geheim ontkracht de onwaardigen. 

Dit is nooit een menselijke ingreep, maar altijd een voltrekking van geestelijke- en natuurwetten. De mens moet niet denken dat hem ALLES is toegestaan. 

Hij roept elk gevolg vrijwillig over zijn eigen hoofd op. 

Geen enkel gevolg is te weerhouden door woorden, want het zijn immers de daden die de voltrekking bevestigen. 

Zolang mensen blijven praten gebeurt er niets, als ze niet meer praten wordt het GOED dan wel gevaarlijk. Dat is voor het individu en in het algemeen zo.

Zolang psychologen of psychiaters hun praatuurtjes houden,  maar de betrokkene DOET niets, gaan die praatuurtjes eindeloos door. 

Het is de vlam, of de prikkel die moet overspringen. 

Menigeen moet vrijwel ten dode geprikkeld worden voordat hij voor het leven kiest. Zolang het verborgen wezen, ons verborgen wezen, zijn zoekersdrift intensiveert is er niets aan de hand, dan zullen we HET geheim ontdekken, maar indien die zoekersdrift zich verliest in de veelheid zal dit geheim ons ontgaan. 

Het behoeven niet de geheime leringen te zijn die ons op weg helpen, maar het kan de essentie van het GROTE ENE GEHElM zijn, die ons voor altijd zal verbinden met de oerbron. 

HET GEHEIM is de verborgenheid van het leven, van het zijn, van het doel.

Zolang je dit niet aan den lijven voelt, zul je het nooit ontsluieren, welke boeken je ook leest. Want HET geheim is jouw en mijn geheim, met onze eigen kleur, maar met dezelfde herkenbare intensiteit. 

Trillingen die elkander raken en zo gebundeld worden tot DE oplossing, voor jou, voor mij, voor allen die werkelijk zoeken. 

Een oplossing die IN ons ligt, en die je met niemand kunt delen.

1970 - 2024, copyright Henk en Mia Leene