Wanneer onze herinneringschromosomen ons een onaardse herinnering kunnen overdragen, dan zouden de chromosomen der ziel, die om dat minuscule ziele-atoom gelegen zijn, ons de zieleherinnering kunnen overdragen, mits de barrière van de stoffelijke mens dit niet zou tegenhouden.
Gaan wij de legenden na, die altijd brokstukken uit een oud en vergeten verleden verhalen, dan is er een tijd geweest waarin de Lichtzonen de aarde-mensheid onderwezen in bovenaardse mysteriën.
Men kan dat nalezen in velerlei volksoverleveringen, die reeds diverse bewijzen gevonden hebben in onze moderne tijd.
De mens - als vreemdeling op deze aarde - bezit een herinnering aan een volmaakt leven, waarbinnen deze aarde-wetten niet werden gekend.
Zij, die zulk een herinnering bezitten noemt men "zoekers", zij zoeken naar een herstel van dat volmaakte leven
Toen de oorspronkelijke mens zondigde tegen de Wil der Hemelse Wet viel hij neer in de chaos, d.w.z. op aarde.
Er restte hem niets anders dan een inwonend goddelijk atoom, waarbinnen de herinneringschromosomen de echo uit het onaardse rijk bewaren.
De evolutieleer, zover men die heden kan nagaan heeft uitsluitend betrekking op scheppingen van deze aarde-planeet.
De biologen hebben het menselijke wezen nog steeds niet kunnen vastkoppelen aan enig reeds bestaand hebbende schepping, noch aan een Neanderthaler, noch aan een dier.
De op de mens gelijkende schepsels die op aarde hebben geleefd kunnen hogere ontwikkelingen zijn geweest van een aarde-diersoort, zoals het gehele dierenrijk een evolutie en een verandering ondergaat met het wisselen van de kosmische voorwaarden.
Alleen de ons bekende mensheidsgolf valt daarbuiten.
Hier ligt een gaping in de onderzoekingen van de wetenschapsmensen, waar opvallend juist de overleveringen uit de legenden in passen.
Het hiaat is op te vullen via de Popol Vuh, de Chinese en Egyptische, de Chaldese en de Phoenicische overleveringen en nog vele andere.
De vermelding in het Boek Henoch, waarin de Lichtzonen de gevallen aarde-mensheid hun kennis brachten en tevens zich met deze aarde-schepselen vermengden, komt nauwkeurig overeen met hetgeen verteld wordt in de Oosterse boeken der oudheid.
In werkelijkheid is de mens "een vreemdeling op deze aarde", spiritueel, maar ook natuur-wetenschappelijk bezien.
De mens die momenteel gevangen ligt in de kosmische constellaties van deze aarde, bewijst daarmede dat hij zich in de loop van vele reïncarnaties geketend heeft aan de aarde-planeet, die hem eigenlijk wezensvreemd moet zijn.
Dat gehele gevecht tussen de positieve en negatieve polarisatie, die elkander aantrekken en toch ook afstoten, is kenmerkend voor de kosmische werkingen binnen dit heelal, zowel als op de aarde-planeet.
De harmonie is voor de mens - als vreemdeling - op twee wijzen te verwerkelijken: in harmonie komen met de planeetwerking der aarde en in harmonie komen met de oorspronkelijke werking van de Goddelijke Planeet uit zijn herinnering.
Zoals echter alle duurzame overwinningen worden bereikt langs de banen van de geleidelijkheid, zo bereikt de mens slechts die oerharmonie, wanneer hij op de eerste plaats de harmonie met dit noodheelal herstelt.
Niet als een ketening aan de wetten der natuur, maar als een herkennen van de wetten der natuut, waardoor de poort tot doorbraak gevonden kan worden.
Ieder mens die in harmonie is met de natuur van deze noodorde, zoals deze in de aanvang bestond, zal eveneens de doorgang ontdekken, waardoor de ziel zijn Terugweg kan aanvaarden.
Deze doorgang wordt herkend door de mens, die zijn hoogst bereikbare harmonische trilling heeft gerealiseerd.
Daardoor werken hart, hoofd en het gehele organisme op een andere wijze.
Het staat gelijk aan het langzaam sterven van het disharmonische organisme.
De onaardse cellenstructuur van de ziel waarbinnen de oer-herinnering vastligt, brengt onrust in het persoonlijke wezen.
Bij de ÈÈn is dit sterker waarneembaar dan bij de ander.
Die onrust drijft de mens tot het zoeken van harmonie en het ontvluchten van de verstening binnen de materie.
Zij, die aan deze zieleprikkel geen gehoor geven, of geen gehoor meer geven, hebben òf het ziele ontwaken nog niet bereikt, of kwamen voor dit leven tot de grens van hun zielereactie.
De geheime ritualen, de mysteriën die bewaard werden binnen de diverse ceremoniën in de aloude godsdiensten, zijn - zoals men steeds sterker kan bewijzen - de fragmenten van de overgedragen kennis der Lichtzonen. Deze kennis was oorspronkelijk een onaardse wijsheid, waar-mede de aarde-mensheid zijn voordeel kon doen op haar weg terug.
Deze oude waarheid werd in handen gelegd van diegenen onder de aarde-mensheid wier zieleherinnering actief werkzaam was.
In de loop der tijden verbrokkelde die waarheid echter doordat ziellozen de uiterlijke vorm aanzagen voor de innerlijke waarheid.
Het gevolg daarvan ziet men duidelijk in onze huidige tijd.
Daarom is een herstel van de innerlijke waarheid, individueel en massaal zo ontzettend moeilijk; eeuwen van zielloze handelingen verborgen de oorsprong van het goddelijke begin der ziel.
De mensheid werd langzaam maar zeker opgesloten in een waarheidsdogma met eindeloze varianten, die zijn religieuze eetlust trachtten op te wekken.
Binnen de kosmische gevangenis van ons zonnesysteem zijn allerlei leerstellingen op te bouwen die een zielloos aardeschepsel kunnen boeien, via het intellect en via de emoties.
Wanneer echter binnen zulk een lering geen onaards element aanwezig is, en dat wil zeggen: een oorspronkelijk goddelijk element komende uit een volmaakt heelal, zal geen enkele ziel in zulk een lering zijn Thuisweg kunnen ontdekken.
De thuisweg zoals die in vele religieuze opvattingen wordt geleerd, behelst slechts hetgeen vanuit de zichtbare aardeplaneet naar de onzichtbare aardesfeer, waarbinnen de z.g. hemel ligt.
Op deze beperkte thuisweg hebben diverse experimenteerders voor hen interessante ontdekkingen gedaan, waarover zij dan spreken, en waarin de onwetenden redenen tot aanbidding menen te vinden. Deze experimenten - alle besloten binnen het natuurlijke ongoddelijke heelal - spreken echter slechts tot de ziellozen, of de onontwaakten.
De herinneringschromosomen dragen de mens de ervaringen over uit het microkosmische beleven en uit deze herinneringen spreekt tevens een zieledrijven, en komt die vage ziele-onrust over, die mede de prikkel was voor uw voorganger in de micros.
De ziele-atomen, geheel of gedeeltelijk ontwaakt of ontwikkeld, vinden na de dood van het organisme een plaats in het geest-zonnelichaam, zo vermelden de Katharen, de Gnostieke broeder-schap der middeleeuwen.
Vanuit dit geest-zonnelichaam, dat geen onderdeel van ons zonnestelsel is, dalen steeds weer ziele-atomen in een herboren microkosmisch wezen in.
Zo komt er een samenspel tussen microkosmische herinnering en zielegroei.
Dit samenspel tussen ziel en microkosmos is de individuele spirituele belevenis des mensen en daarom is deze onderling zo verschillend.
De harmonie, het vraag- en antwoordspel tussen ziel en micros, is bepalend voor de individuele groei.
Deze wisselwerking is voor de mens waarneembaar via intuïtie en geweten.
De intuïtie vangt de kennis of de wijsheid van de twee-eenheid: micros-ziel, op en het geweten dwingt de mens zijn handelingsleven daarnaar te richten.
Hoe strikter het geweten wordt des te sterker werkt de harmonie tussen ziel en micros en des te lichtender wordt de intuïtie.
Onder geweten verstaan wij de wet aan de oerherinnering, die een weten is geworden.
Met dit ge-weten speelt men niet en drijft men niet de spot.
De krankzinnige situatie waarin momenteel mens en aarde verkeren is uitsluitend te wijten aan het ontbreken van intuïtie en Ge-weten, welk gebrek wederom terug te voeren is op ziele-immuniteit.
Spirituele groei kan slechts geschieden op basis van ziele-gevoeligheid en deze wordt bevorderd en in stand gehouden door het toevoeren van oorspronkelijke wijsheid, rituele trillingen, die opstaan uit zielerijkdom en zich intensiveren door middel van zielegroei.
Zoals bij het begin van de Wijsheids-overdracht kan de innerlijke leer pas gelezen worden wanneer de ziel, en d.w.z. intuïtie en Ge-weten werkzaam zijn.
Zieleherinnering is de meest verfijnde vorm van intuïtieve werkzaamheid, die op aarde zijn gelijke niet vindt.
De intuïtie van het aarde-schepsel ligt altijd op het horizontale, natuurgebonden vlak en baseert zich op de herinnerings-chromosomen der micros.
Gaat de mens echter consequent een spirituele weg, dan glijdt de microcosmische intuïtie geheel en al over in de ziele-intuïtie, die direct de Geest achter de vorm herkent.
In dit stadium is er een harmonische samenwerking tussen beide intuïtieve vormen en wordt de kandidaat geholpen door zijn microcosmische herinnering om te komen tot de spirituele zieleherinnering.
Dit is een geestelijk groeiproces waardoor de ziel haar herinnering terugontvangt en zo langzaam maar zeker tot herstel van haar volkomen cellenstructuur komt, die polariteit bezit met een buitenaardse sfeer.
Om dit herstel der ziel te bewerken behoeft men geen religieuze, occulte of sektarische beweging aan te hangen, maar men moet wel actief spiritueel bezig blijven in de levenspraktijk.
Men kan zich niet veroorloven terug te vallen in de negatie van de zielewaarden, want zulk een terugval trekt de trillingen van ons zonnesysteem tot zich en deze kapselen iedere zieleherinnering in een pantser van grovere trillingen in.
De hunkering naar innerlijke rijkdom en geestelijke vooruitgang is afhankelijk van de werking van de zieleherinnering.
Daarom is het begrijpelijk dat in deze Aquarius-era, waaraan zoveel eeuwen van bedrog, zielemiskenning en religieus raffinement vooraf zijn gegaan, er niet zoveel zielen meer over zijn, die in staat zijn zich iets te herinneren, of zo krachtig zijn dat zij gehoor geven aan hun flauwe oerherinnering.
Het voordeel binnen deze era is echter dat de kosmische werkingen (van buiten ons zonnestelsel daartoe geformeerd) mede gaan werken en het pantser van leugen en misleiding te doen splijten.
Het is als een laatste poging om hen, die enigszins reageren kunnen, een blik te laten werpen op het heilige der heiligen, wanneer het voorhangsel door een reusachtige hand vaneen wordt gescheurd.
Uit deze veranderde kosmische constellatie komt dat massale verlangen voort naar natuurherstel, naar de natuurlijke verhouding en naar het leven volgens een hogere wet.
Dit verlangen wordt gestimuleerd en dan zal het moment aanbreken waarop de zieleherinnering wederom door de verstening kan heendringen.
De vlucht in drugs en andere vermeende bewustzijn verruimende middelen zijn niets anders dan noodsprongen van falende individuen, die geen raad weten met de innerlijke onrust, en te wilszwak zijn om de smalle weg van intuïtie en Geweten consequent te betreden.
Geen enkele methode, die leidt tot kennis omtrent de onzichtbare sferen binnen ons zonnesysteem, is gebaseerd op een ziele-wijsheid.
Iedere straal van zielewijsheid reikt tot buiten alle ongoddelijke begrenzing.
Iedere vorm van nieuwsgierigheid naar de onzichtbare sferen dezer aarde, of binnen ons zonnesysteem komt voort uit een microkosmische herinnering, zonder verbintenis met de zieleherinnering.
Het momentele wetenschappelijke onderzoek op biologisch, historisch en chemisch gebied zal de mens tot aan de uiterste grens van het microkosmische herinneringsvermogen voeren.
Het zal hem in contact brengen met al hetgeen is geweest, totdat een groep der mensheid wederom voor de afgrond der ondoorgrondelijkheid staat. Dit is het aloude punt: de sprong tussen ervaringsweten en zieleweten.
Het is het ogenblik dat in deze Aauarius-era wordt beleefd, gelijk de Pistis Sophia deze ervaring binnen de elfde aeon, de Aquarius-aeon, opdoet.
Men kan dan zeggen: "Hij zit er vlak tegenaan, nog een minimaal stapje en hij heeft HET te pakken!"
En dat "Het" is dan altijd de doorbraak tot de zieleherinnering, waaruit een onbegrensde wereld van wijsheid opstaat.
Hoe dikwijls zal men in de komende jaren gaan zeggen: "Hoe is het mogelijk? Hij staat vlak voor de wijsheid en toch bereikt zijn kennis de overzijde van de Jordaan niet!"
Dat is het kenmerk van onze tijd, waarin zovele muren omvergetrokken worden en waar het heilige der heiligen gereed ligt achter het laatste voorhangsel om door de mensheid te worden ontdekt; doch de meesten die dit zullen aanschouwen zullen met blindheid worden geslagen en ter aarde vallen.
Zoals in het verre verleden velen met blindheid geslagen werden, velen, die nu de kans grijpen om met een innerlijke blik, gerijpt door de zieleherinnering, dit heilige der heiligen in zijn heerlijkheid waar te nemen.
Vergeet niet dat onder hen die in deze Aquarius-era leven, er velen zullen zijn die een microcosmische herinnering aan het scheurende voorhangsel zullen hebben bewaard en waarin de verrassing en de bitterheid om het NIET geschouwd hebben nog leeft.
Uitgaande van deze gehele opbouw der harmonische samen-werking tussen ziel en microkosmos is het begrijpelijk dat geen enkele geestelijke leider of de geleerde wetenschapsmens iemand tot een zielegroei zal kunnen forceren.
Uit alles blijkt dat het ziele-atoom zijn eigen microkosmos kiest, in overeenstemming met de harmonie van hun beider trilling.
Hoe sterker de ziel in contact treedt met de microcosmische herinnering, des te rustiger, gelukkiger, harmonischer men zich innerlijk zal gevoelen.
Zoals de mens zich momenteel wellicht sporadisch of slechts op voorwaarde aan gepredisponeerde omstandigheden harmonisch gevoelt, zo zal een nauwe samenwerking tussen micros en ziel de kandidaat binnenvoeren in de constante rust aan het intuïtieve Weten, dat hem dan tot een overweldigende wijsheid is geworden.
Deze rust is een harmonische beweging, waarin het uur van spirituele Bouw heeft geslagen.
Onder leiding van de ziele herinnering en de intuïtieve wijsheid brengt deze Bouw de kandidaat geen enkele moeilijkheid, noch strijd.
Verberg u daarom niet in de bedekking der disharmonie, maar breek uzelf open opdat de ontmoeting tussen micros en ziel de herinnering aanwakkere tot een spirituele realisatie in de tijd.