"Nog geen blad aan de boom gaat verloren, zou Hij dan zielen verkwisten ?"
Kipling.
Helaas is de filosofisch of geestelijk geïnteresseerde mens veelal niet geïnteresseerd in de natuur en de natuurwetten.
Hoewel van oudsher de filosofen wisten dat de natuurwetten een voorbeeld zijn voor de allereerste filosofische vragen:
1. Waar komt het leven vandaan ?
2. Hoe is de wereld ontstaan ?
3. Waartoe dient ons leven ?
We zijn geneigd de mens te zien als een afgescheiden deel binnen de natuur, maar de huidige wetenschappelijke onderzoekingen bevestigen weer hetgeen de oude filosofen wisten: de mens is een onderdeel van het universele samenstelsel van levensvelden.
Iedere schepping en ieder schepsel bezit zijn eigen levensveld en al deze levensvelden moeten onderling harmonisch op elkaar zijn afgestemd om een harmonisch geheel te verkrijgen, d.w.z. willen al die levensvelden hun stoffelijke inwoners in leven houden, gezond en evenwichtig.
De fysica kent de wet van het behoud van massa of energie.
Men weet nu dat niets werkelijk wordt vernietigd.
Er zijn slechts veranderingen mogelijk!
De nucleaire fysica heeft laten zien dat materie, volgens de formule van Einstein, kan worden veranderd in energie.
De onderlinge organisatoren van energie en materie zijn de levensvelden - van ons - van onze medeschepselen.
Er is geen levensveld of denkveld of emotioneel veld dat wordt vernietigd.
En hier ligt de sleutel tot de tragedie òf de vooruitgang in onze samenleving.
Het verschil in de onderlinge levensvelden bestaat uitsluitend in de frequentie; de kleuren verschillen onderling slechts door een verschil in hun trillingssnelheid; zo is het ook met de dieren en met de mensen.
Wat men een z.g. "lager wezen" noemt, is in werkelijkheid een schepping met een langzamere trillingsfrequentie binnen zijn levensveld.
Dit geheel van levensvelden, die nooit vernietigd worden, slechts veranderen moeten, is ondergeschikt aan een Opperlevensveld of het Denken; en datgene noemen we "Schepper of God of Architect".
Iedereen weet dat om iets te organiseren of in stand te houden, er allereerst een denkbeeld, een gedachte, moet zijn.
Deze allereerste "gedachte" zond het "woord" uit en hieruit kwam de schepping, de materie of de samenstelling van levensvelden voort.
Gedachtebeeld - Woord - Materie.
Maan - Zon - Aarde.
De moderne fysicus weet dat het nonsens is dit Albrein te ontkennen; de logica van het Albrein fundeert Zijn aanwezigheid.
Lees: "Astronomen: God in de nieuwe natuurkunde" van Paul Davies.
Wanneer we de natuurwetten zouden kennen, dan zouden we bevestigd zien dat het zich afscheiden van het universele geheel, in denken, in emoties, onherroepelijk leidt tot een ziekte, een disharmonie.
De wisseling tussen die talloze levensvelden binnen het universum is een "must" tot behoud van elk levensveld.
Hoewel de mens een unicum is, is hij niettemin zodanig etherisch "georganiseerd", dat hij door middel van zulk een wisselwerking zijn natuurlijke harmonie bewaart.
Wij kleuren ons levensveld individueel, wij vertragen het of wij versnellen het.
Momenteel zijn we zeer bezorgd voor ons milieu, uitsluitend omdat we ontdekken dat ergens een onderlinge harmonie verloren gaat en daardoor narigheid ontstaat.
De wisselwerking tussen de vier natuurrijken staat onder spanning.
Hoewel we wellicht niets weten van de verhouding van de onderlinge etherische trillingsvelden, bemerken we aan den lijve dat het ons minder goed zal gaan als we in andere levensvelden ingrijpen. Het gaat om de verhouding van mens tegenover mens; het voorkomen van moeilijkheden bij een ander.
Dat ingrijpen wordt ons tot een oordeel en we ontdekken dit pas als we de directe stoffelijke resultaten zien.
Wij reageren altijd pas wanneer de gevolgen er zijn; om de oorzaken bekommeren we ons niet.
Denken wij aan de overproductie. De natuur sluit verlies in.
Overproductie is ziekte. Alles behouden lijdt tot chaos.
Om de oorzaken te ontdekken van het verlies der wederzijdse harmonie moeten we ons inspannen, we moeten onderzoeken en overdenken; we moeten filosofisch kunnen denken; de natuur observeren.
In elk levensveld blijven de herinneringen van de schepping of van het betreffende schepsel bewaard.
Elke emotionele ervaring wordt in dat etherische levensveld opgetekend en gaat niet meer verloren, aangezien het levensveld niet verloren gaat.
Het kan zich veranderen, de herinneringen kunnen zwakker worden of brokstukken worden, maar zij zijn niet vernietigbaar.
Denkt u hier eens over na.
De raad het verleden te vergeten, is uiterst betrekkelijk; de herinnering kan verzwakken, maar het staat etherisch in ons levensveld gegrift en dat is juist, omdat, blijkbaar, wij uit deze herinneringen leren moeten.
Waarom moeten we leren ?
We komen hier aan de basis van wetenschap, religie en existentie.
Iedereen weet dat in de natuur niets voor niets geschiedt.
Waarom blijven die herinneringen bewaard en waarom moeten we leren ?
De evolutietheorie, met betrekking op de mens, is reeds lang achterhaald.
Men weet nu, dat de mens een "unicum" is en hij daaraan niet deelneemt.
Hoe we het ook bezien, we komen tenslotte terecht bij die aloude opvatting van de vóórchristelijke wijzen: de mens moet door leringen iets verwerkelijken.
Wat ?
En dan komen wij op de idee van een geestelijke oorsprong.
Men ziet dan ook hoe natuur en ziel samenwerken en dat deze ziel lering moet trekken uit de "herinneringen", die in het levensveld worden opgetekend.
"De ziel incarneert tot zij vlekvrij is" zei Pythagoras.
Het empirische ervaren noemt de filosoof dat, een direct, eerstehands ervaren, dat nooit ontkend kan worden.
Zo kom je ook tot de conclusie dat al onze levenservaringen, hoezeer we hen ook zouden verfoeien, niet voor niets zijn.
Maar tevens kunnen we concluderen dat hetgeen we onze naasten aandoen, slecht dan wel goed, mede invloed heeft op ons levensveld, omdat we nu eenmaal met die levensvelden van onze naasten zijn verbonden.
Elke gedachte of elke uitgezonden trilling wordt ergens opgevangen en oefent zijn invloed uit.
Moorden, criminelen, haat, doden van dieren en planten.
Backster heeft dit via zijn onderzoekingen met planten en dieren bewezen. En wat voor planten en dieren, en zelfs voor mineralen geldt, zou dat dan niet voor mensen, die veel fijner zijn gestructureerd, gelden?
Zowel het dier als de plant ondergaan de indruk van de dood van een medeschepsel.
De risico's van onze gedachten, van onze emotionele impulsen werken uit in het grote samenstelsel van levensvelden, dat ons milieu vormt.
Wij beklagen ons over ons milieu, maar we hebben het zelf zover laten komen!
Daar komt bij dat ook de planetaire velden op dit geheel inwerken, en ook dit is terug te vinden in de reacties van de mensheid.
In wezen is het één gigantisch geheel dat elkander in stand houdt door wisselwerking, waarbij altijd het levensveld met de hoogste frequentie overheerst.
Hoe hoger de frequentie des te immateriëler is het schepsel of de schepping; het is het losmaken van het aardmagnetisme.
De weg is echter: eerst aarden, dan ontaarden; nooit andersom.
Vandaar dat we zeggen: de lagere schepsel zijn van de hogere afhankelijk en deze regel moeten we nooit uit het oog verliezen, want het is de basis voor de samenleving.
De hogere schepsels hebben een verantwoordelijkheid.
Soms draaien we de boel om en menen dat we sterk door "het lagere" worden beïnvloed, maar we kunnen pas worden beïnvloed wanneer we ermede corresponderen, een verbinding hebben, het gelijke trekt gelijk aan.
Hierop berust ook het heilig worden, de genezing, het overwinnen van allerlei narigheden.
We moeten weten dat het hoogste of snelste levensveld automatisch leidt voor de aarde en d.w.z. verlaagt de trilling van ons levensveld, maken ons aldus toegankelijk voor de z.g. lagere wezens of mensen met lagere denktrillingen.
Zodra we daarvoor immuun zijn, wil dat zeggen dat we "er boven" staan, maar dat betekent tevens dat we in de leidende levensvelden worden geïntegreerd en dat betekent verantwoordelijkheid. Het lagere, het aardse (kalk) te beheersen of overheersen is een groeiproces.
Al onze protesten tegen disharmonie, milieuvervuiling e.d. blijven zinloos wanneer we niet tegelijkertijd ons eigen levensveld omhoog trekken.
We kunnen moeilijk onze naasten iets verwijten wat we zelf doen!
Als we pleiten voor een herstel van de natuurlijke harmonie, moeten we ons op de hoogte stellen van de consequenties die het "doen leiden van de naasten", een hoog dan wel een laag schepsel, voor gevolgen heeft voor de samenstelling van ons levensveld.
En dan zullen we schrikken!
Dat is al een heel oud esoterisch weten.
Vandaar dat de aloude raad: "Heb uw naaste lief als uzelve", een unieke wet is, met een veel diepere achtergrond dan menigeen vermoedt.
En we zondigen daar al tegen wanneer we onszelf haten of minachten. Dat is desastreus voor ons eigen levensveld, maar ook voor onze naasten, want onze afbrekende gedachten worden in het grote geheel geprojecteerd.
Omdat we de grote samenhang niet kennen of niet willen zien, dan wel daaraan niet geloven, werken we alles wat we in ons hart als het "goede" wensen, tegen.
Eeuwenlange onwetendheid door kerkelijke, of politieke hiërarchische overheersing, weerhoudt of weerhield ons van oriëntatie, en dus van de zo noodzakelijke kennis om de harmonie binnen de samenleving te bewaren.
De vredesapostelen moeten hierover eens nadenken.
Men kan niet vrede prediken en desastreuze of ondermijnende gedachten hebben.
Ik kan u niet aanraden iets te volgen dat ik zelf belachelijk vind of negeer!
Deze tweestrijdigheid of schijnheiligheid in het menselijke denken, werkt ook rampspoedig uit in zijn levensveld en dus in het geheel en dat is te zien en te controleren.
Schijnheiligheid verpest onze etherische samenleving, maar tevens ons individuele zijn: onze gezondheid.
Het resultaat is al die ellende waarvan we zeggen die niet te willen, maar die we door onze werkelijke geaardheid toch opwekken.
"Wie zijn ware aard niet durft tonen minacht zichzelf" en dit is de oorzaak voor alle soorten van vervuiling: in het denken, emotioneel, en in het milieu, natuurlijk als ook etherisch.
Onze hersenen ondergaan elke dag een verandering door de afstervende en zich hernieuwende celstructuur; niettemin blijven de herinneringen bewaard; de levensvelden bestaan ook zonder materie.
Alcohol bv. onttrekt water, belet dit dus!
Herinneringen zijn o.a. individueel verschillend.
Sterren hebben meer licht dan materie.
Vandaar dat het in "gene zijde" mogelijk is dat oorlogsherinneringen steeds opnieuw worden beleefd, dat de haat nog steeds doorgaat.
En wie zal daarin verandering brengen ?
Vernietiging is niet mogelijk, maar wel verandering, de tegenstellingen heffen elkander op, d.w.z. het ene gaat over in het andere.
Liefde verandert haat. Genade en vergeving, mits volkomen van binnenuit uitgedragen, verandert inderdaad.
Maar dan kan men nooit schijnheilig zijn, dat is tegenwerkend.
Onze, bij ons allemaal, in de kiem aanwezige schijnheiligheid, gemakzucht en ongeloof, houdt de z.g. "goede wereld" tegen.
Hebzucht, economie, handel, hebben een onjuiste basis.
Het is het werken op de grondbasis van tegengestelde wensen.
Elke eerste gedachte is het zaad voor goed of slecht.
Men kan iets zodanig veranderen dat er totaal niets goeds overblijft, zo dat het waarlijk slecht wordt.
Hogere trillingen kunnen de lagere in zichzelf opnemen en zo veranderen.
Behalve de kern van zulk een levensveld, de ziel van de mens, die is onveranderlijk van buitenaf.
Wij kunnen lagere scheppingen en schepsels beïnvloeden, medenemen, indien we van betere kwaliteit zijn, aldus: consequent, eerlijk, heilig.
In onze tijd zoekt de mens het eerlijke, het heilige, d.w.z. het hogere en toch zal hij niet aan de wet van gelijk trekt gelijk aan kunnen ontkomen.
Deze wet kent geen vergissingen.
Men komt niet "voor niets" ergens terecht.
Je kunt je er thuis voelen en je kunt er direct weer weggaan.
De levensvelden bepalen dat.
Wanneer in onszelf de geestelijke trilling in ons levensveld overheersend is, dan komen we altijd bij "onze gelijken" terecht, zo niet, dan komen we óók bij onze gelijken terecht.
Vallen die ons tegen, dan moeten we onszelf eens gaan observeren.
Onze gedachten of hun trillingen kunnen zelfs fysieke levens-vormen schade toebrengen. Wij kunnen de materie vervormen; zie planten; muziek en planten; trillingen bepalen de vorm, het leven. (Coué)
Hieruit kunnen we wel begrijpen dat een concentratie op iets of iemand zijn uitwerking niet mist, vooral als we zijn of haar beeltenis bezitten of foto's.
In het milieu is het niet slechts de handelingen die we plegen, maar allereerst de "idee" die daarachter stond.
De idee is altijd gebaseerd geweest op zelfhandhaving van het eigene, nooit op die van het geheel.
Dat is isolement en dus rampspoedig.
Wat de concentratie betreft, zo weten de esoterici dat lagere trillingsvelden hogere velden niet kunnen bereiken.
Iemand, die een lagere aard heeft kan nooit een hogere naaste kwaad berokkenen, mits deze laatste niet een geopende poort bezit.
Heiligende gedachten beschermen zichzelf, en daarom behoeven we ons geen zorgen te maken.
De natuur is qua trillingsveld ondergeschikt aan die van de hogere mensen, en het gebrek aan "hogere" mensen is de oorzaak dat die natuur door "haar lageren" wordt vernietigd.
Niet voor niets gaat er zo dikwijls een oproep uit naar degenen die "edel van geest zijn", maar blijkbaar zijn deze nog niet edel genoeg om zich te verenigen en zo samen voor harmonie te werken.
Denk aan de oproep van Frederik van Eeden aan de koninklijke mens, in zijn boekje "De geestelijke verovering van de wereld".
Onze huidige decadentie is, die slechts door weinigen wordt onderkend), is daaraan te constateren, dat we niet in staat zijn de "koninklijken van geest" bijeen te krijgen, terwille van een universeel gegeven.
De "koninklijken" zijn te onkoninklijk geworden, anders zou er spoedig iets veranderen.
Want slechts enkele waarlijk "edele" zielen kunnen reeds heel wat lagere impulsen omzetten; er is een zelfreiniging nodig, het zich vullen met hogere vibraties.
De mede- of tegenwerking ligt in het "etherische levensveld" van de schepselen.
Dieren veranderen in de nabijheid van mensen; hun trillingsveld schikt zich naar dat van de mens.
De natuur werkt niet tegen, maar het is de mens zelf die tegenwerkt.
Deze levensveldenwet was bij alle oude volkeren bekend.
Hieruit komt die genezingstherapie "dat men zijn ziekte aan de plant kan geven" - bv. door tegen een boom te gaan staan.
Vooral de met de natuur verbonden mensen hebben hiermede succes, vanwege de overeenkomstige trilling.
De homeopathie zegt dat het gelijke het gelijke geneest.
Wanneer planten kunnen constateren wanneer precies de zon ondergaat, hoewel zij ergens in een van het licht afgesloten ruimte staan, in hoeverre werkt dan het levensveld van de zon op de mensen ?
Het bloed verandert bij zonsopgang.
Ons ritme van dag en nacht is verstoord.
Is het een wonder dat we dan ziek worden ?
Mensen die pendelen weten dat planten die noord-zuid worden geplaatst beter groeien; het aardmagnetisme voltrekt zich in positieve geaardheid van noord naar zuid en negatief van oost naar west.
Oude volkeren o.a. de Chinezen waren ervan overtuigd dat zich in onze aarde ook twee magnetische kernen bevinden.
Het slapen in deze richting laadt op.
Het sterven naar het oosten, maakt de "overgave" gemakkelijker.
Planten en dieren gevoelen zich het beste op de bodem waar zij geboren zijn.
De samenstelling en het levensveld van de bodem bepalen het "thuis" voelen.
Dit aardmagnetisme dat voor de natuurlijke mens goed is, wordt doorkruist door bv. betonbouw, de afwezigheid van groen en de aardbodem, het lopen op asfalt en het hoog boven de grond wonen.
Daarbij komt dat dit aardmagnetisme via onze voeten het lichaam binnenkomt en door onze handen weer afvloeit, maar de kosmische en geestelijke energie komt door ons hoofd naar binnen en vloeit, veelal veranderd door ons organisme, via ogen, stem, hart en ziel weer naar buiten. Zij wordt uitgestraald, in tegenstelling tot het aardmagnetisme.
Het werken met het aardmagnetisme, is de natuurlijke harmonie weer herstellen. (magnetiseurs)
De biochemie weet dat licht en duister invloed heeft op de mens, op zijn levensveld.
Er zijn nu lichttherapieën: bv. het genezen van depressies door middel van daglichtlamp om 4 uur 's morgens.
Bij "over"spanning is het goed in het donker te liggen.
Het soort licht kan slecht zijn, evenals het soort duister.
Men denkt aan lichtende gedachten en duistere gedachten.
Duister heeft een langzame trilling en is rust gevend voor "overspannen" mensen, die zich blootgesteld hebben aan snellere trillingsvelden die niet bij hen pasten.
Het is een forceren van laag naar hoog.
Of men heeft te veel lagere trillingsvelden opgenomen, die men niet kan afvoeren.
Houdt de wet van harmonie, "het gelijke staat in wisselwerking met het gelijke", in de gaten.
Grijp niet te hoog, maar verlaag je evenmin.
Alles werkt uit op onszelf en, in samenhang, in ons milieu.
Zich vermengen met natuurlijke neutrale levensvelden is onschadelijk, omdat zulk een levensveld de mens tot etherische voeding dient.
Het "lagere dient tot voedsel van het hogere" kan slechts van toepassing zijn, indien er een gelijke noemer is en daartoe behoeft men de materie niet te vernietigen.
In de natuur is de huidige voedselketen een verwording van de oorspronkelijke, waarbij slechts het "afgevallene" tot voedsel voor het lichaam diende.
Je voeden met lagere levensvelden brengt de consequentie van omzetting met zich mee; te veel lagere levensvelden zijn een belasting.
Nu alles is verworden tot profiteurschap werd het "lagere" meedogenloos aan het z.g. "hogere", maar niet edele, overgegeven.
Er zijn natuurlijke verschillen in gradatie, die uiteindelijk overgaan in het bovennatuurlijke of geestelijke.
Zolang het geestelijke de levenswetten van de natuur niet beheerst en onderschat, is het geestelijke niet waarlijk geestelijk.
Men moet eerst een smaragd worden.
Slechts het levensveld dat procesmatig, dus lerend, overgaat in het hogere en allerhoogste, kan men tenslotte "edel of geestelijk" noemen.
Voordien bezit het de onvolkomenheid van het inwonende lagere of domme of slechte gedachtebeeld.
Het meditatief vermogen is het instellen op andere levensvelden.
Houdt uw hart beschermd, houdt uw gedachten rein, dan zal uw handelingsleven hiermede in overeenstemming zijn en altijd de samenleving of het universum dienen.
Boeken:
Biofeedback - Marvin Karlins en Lewis M. Andrews.
Geheime leven der planten - Bird en Tompkins.
Krachten van de plant -
PSI - Peter Andreas en Casper Kilian.
Plan van bestemming - Edward Russell