De aarde werd en wordt door de natuurvolkeren gezien als een moeder: de hemel als een vader.
Hetgeen in overeenstemming is met de natuurlijke geboorte- en bevruchtingsprocessen.
De hemel: het vuur en de lucht brengen het zaad, het begin; de aarde behoort bij de vorm, zoals het water bij het vloeibare behoort.
De vader van het kind behoort bij de intelligentie en de hersenen; de moeder behoort bij de vorm en het gevoel.
De aarde behoort bij onze emotionele aard; de hemel - vuur en lucht - behoort bij onze ziel.
Het lichaam als aardse vorm behoort onze ziel te omvatten als een koestering en zodra we onze emoties niet de baas zijn, dan wel dat zij grotendeels afwezig zijn, betekent dit dat wij de aarde, het aardse, aanzicht verwaarlozen.
Dat de aarde niet bij de buitenaardse ziel behoort, is waarschijnlijk de oorzaak dat deze aarde in vele occult-esoterische leringen geminacht wordt.
Niettemin is de aarde noodzakelijk als bedding voor vuur, lucht en water, als houvast en als heling voor de vorm.
Zonder vorm geen aarde, zonder aarde geen incarnatie en zodoende geen rijpingsmogelijkheden.
Voor de buitenaardse ziel is deze aarde een noodzakelijk kwaad; zij behoudt, via haar sfeer, haar mineralen, de gezondheid van de vorm, en ook de stabiliteit van het aardse ego.
Onstabiliteit van het aardse ego leidt tot excessen die de ziel kunnen schaden.
De spirituele mens heeft dus werkelijk de aarde nodig, en wàt is een spiritueel mens?
Een buitenaards wezen, een wezen der hemelen, maar die wel, eens, een andere grond onder de voeten had.
Elke vorm heeft een bodem nodig, iets dat deze vorm materialiseert dan wel behoudt.
Zolang wij vorm zijn hebben wij de aarde nodig, slechts na onze dood hebben wij, tijdelijk, deze aarde niet nodig.
Hetzij dan dat wij haar etherische vorm benutten om ons uit te drukken, b.v. naar onze aardse nabestaanden toe.
De aarde, als mineralenproducent voor onze vorm, kan ons slechts van nut zijn, indien zij deze mineralen bezit, indien zij zelf harmonisch, dus evenwichtig is, en indien zij zuiver is.
Een overdaad aan bepaalde chemicaliën verstoort haar harmonie, waardoor zij, als een automatisme, de harmonie van haar schepselen verstoort.
Iedereen weet dat sterk ijzerhoudende grond ons agressief maakt; dat sterk kaliumhoudende grond ons astmatisch maakt en dat sterk zouthoudende bodem ons egocentrisch maakt, naast de ziekmakende gevolgen voor het organisme.
Een mineralenvariatie heeft nl. ook invloed op ons karakter, op onze emoties en tenslotte ook op onze vorm.
Deze invloed kan dan weer nadelig uitwerken op de ziel, die de aardse vorm benut als een tijdelijke schoot.
Elke vorm heeft zijn uitstraling en elke uitstraling beïnvloedt de emoties, ziel en denken.
Wij kunnen door een disharmonische aarde langzaam maar zeker van karakter en instelling gaan veranderen, we kunnen zelfs onze z.g. spiritualiteit, maar ook onze gevoeligheid gaan verliezen b.v..
In de natuur is er altijd sprake van aanpassing; wel, wij zullen ons gaan aanpassen aan de omstandigheden indien deze niet abrupt geschieden.
De moderne mens denkt, gevoelt en leeft anders dan de mens uit de middeleeuwen b.v. Velen zullen hem een vooruitgang noemen, anderen zien het als een teruggang.
Meer met de aarde verbonden mensen, zoals de mens uit de vroegere eeuwen, zijn emotioneler, in goede en slechte betekenis, maar zijn ook suggestief gevoeliger.
Deze suggestieve gevoeligheid heeft eveneens twee zijden: suggestie is een gave van water en aarde; en suggestie kan ons helpen, maar ook ons slachtofferen.
Suggestieve gevoeligheid verwatert ons ego, maar verdooft eveneens onze ziel.
Wij zijn in de loop der eeuwen minder suggestief beïnvloedbaar geworden, dit bewijst de grove suggesties die we vanuit reclame en media nodig hebben om beïnvloedbaar te worden.
Wij staan inmiddels zover van Moeder Aarde af dat we ook haar wenken, haar waarschuwingen niet meer kunnen ontvangen.
Suggestieve fijngevoeligheid is een onderdeel van het aardmagnetisme.
Instinct heeft iets met suggestie te doen.
Het is het opvangen van magnetische trillingen, en hier specifiek de aardse trillingen.
Het aardmagnetisme is van oudsher een instrument geweest om de mensheid te beïnvloeden en diende tevens als geleidingskanaal voor de hemelse trillingen.
Het aardmagnetisme behoort bij de aardse schepselen en het is geen gave, maar een natuurlijk gegeven.
Het aardse magnetisme beweegt zich via bepaalde mineralen: zoals magnesium, zink, zwavel, silicium, calcium, fosfor, molybdeen, chroom, fluor, ijzer, kobalt, koper en selenium.
Hier zijn dus de mineralen belangrijk om de mens gevoelig te houden voor het aardmagnetisme.
Maar een modern feit is dat de hedendaagse mens aan mineralengebrek lijdt, vooral aan magnesium-, kalium- en calcium-gebrek.
Valse emoties onttrekken mineralen aan ons; gebrek aan emoties verhogen de verkeerde mineralen; slechte voedingsstoffen ondermijnen ons mineralenpakket, waardoor wij ons aardse lichaam veranderen; we verwijderen ons hierdoor van de aarde, ofwel we worden ongevoeliger voor die aarde.
Hetgeen schijnspiritualisten, fanatieke, disharmonische mensen soms een voorrecht noemen.
Wel, dit z.g. voorrecht wordt of is verantwoordelijk voor de ziekte van onze hedendaagse Moeder Aarde.
De techniek, in al zijn facetten, verwijdert ons van het aardmagnetisme, maar ook over-intellectualiteit doet dit.
En dit gebeurt uitsluitend doordat beide uitingen ons beroven van de zo noodzakelijke mineralen die ons verbinden met onze Moeder Aarde.
De afgrond die er momenteel bestaat tussen de planeet aarde en zijn schepselen, trachten we op te vullen door de markt te overstromen met mineralen-samenstellingen, mineralen-medikamenten.
Dit is echter een schijnmanoeuvre, want onze instelling, ons denken, onze emoties, onze verhouding tegenover onze omgeving slokken die toegevoegde mineralen op en er blijft aldus een chronisch gebrek.
Mentaliteitsverandering is een eerste vereiste.
De aarde kan ons geen inzicht geven, inzicht komt vanuit lucht en vuur, de aarde kan ons slechts behoeden tegen een teveel uit de andere elementen.
Dit teveel, deze overdosis lucht en vuur spreekt uit onze hele houding: de emoties zijn losgeslagen of verzwakt; het intellect heeft de plaats ingenomen van de intelligentie en de onrust heeft de rust en de tevredenheid verjaagd.
We hebben, heden, de aarde meer nodig dan voorheen, maar met haar gaat het zoals met de wateren: zij kan niet volop reageren op onze behoeften, want zij is druk bezig met zichzelf, zij moet zichzelf behoeden voor ziekten en disharmonie en zij kan nauwelijks haar vluchtende schepselen troosten, omdat haar mineralenrijkdom wordt ondermijnd, waardoor haar sfeer, haar trillingen, haar uitstraling wordt verminderd.
Iedereen kan bemerken hoe de aarde onder de last van hoogbouw en asfalt haar trilling heeft verloren, hoe zij gewurgd wordt onder vervuiling en gif; hoe zij verzwakt wordt door ondergraving en uitbuiting van haar delfstoffen.
Iemand, die nog iets speurt van het aardmagnetisme kan haar pijn, haar lijden gevoelen, indien zij op een plek staan waar vuil, ondermijning en uitbuiting haar deel zijn.
Zij wisselt haar lijden uit met de luchten, met het water, maar ook deze brengen nauwelijks herstel.
Als de aarde lijdt, lijden haar schepselen mede.
En wij, levend in een aardse vorm, zijn haar schepselen.
Niemand kan dit ontkennen, integendeel, ontkenning maakt ons tot speelbal van water, vuur en luchten.
Wij verkrijgen dan de ziekten van ziek water, zieke lucht en ziek vuur: valse emotionaliteit, innerlijke onrust, fanatisme inplaats van zachtmoedigheid.
Deze drie aandoeningen vernielen onze vorm, onze instinctieve gevoeligheid en verstoren onze begrenzingen, in de slechte betekenis van het woord.
Dat onze elementen ons verziekt hebben achtergelaten, bewijzen hun aandoeningen in onze vorm, ons lichaam: verziekte aarde geeft reuma, artrose; verziekt water geeft nieraandoeningen, oedemen; verziekt vuur geeft psychiatrische stoornissen; verziekte lucht geeft ademhalingsstoornissen, astma, bronchitis.
Dit zijn slechts enkele en de meest bekende storingen.
Om deze storingen te genezen wendde men zich vroeger tot de vier elementen: de aarde werd benut als bad, evenals het water.
Natuurvolkeren groeven hun zieken tijdelijk in, zoals soms nog gebruik wordt gemaakt van zeezand en modderbaden om iemand warmte en mineralen te geven.
Nu hebben we onze pillen.
Via de huid kunnen de mineralen worden opgenomen, waardoor het organisme zich herstelt.
Onrust geneest eveneens door een bad van aarde: leem of zand.
Maar ook hier geldt hetzelfde als met de pillen: zolang de mentaliteit niet verandert, is de aandoening chronisch.
Het lichaam is, evenals de aarde, een slachtoffer.
Het kan zich moeilijk verdedigen.
Alles begint bij het vuurelement en luchtelement.
Als wij verkeerd worden geïnspireerd, als wij verkeerde inzichten aannemen, dan worden water en aarde erdoor beïnvloed, het gevoel en de vorm.
Waarom worden we al te dikwijls verkeerd geïnspireerd en hangen we verkeerde inzichten aan?
Omdat onze ziel daarmede connecties heeft.
De oorzaak ligt dan bij onze ziel.
Onze ziel is onze leidsman, of we nu een buitenaards dan wel een aards schepsel zijn.
De aardeziel leidt ons naar de aarde en de wateren, de buitenaardse ziel leidt ons naar inspiratie en inzicht.
Het inzicht en de inspiratie van de aardse ziel verheft zich nooit boven aardse ideeën, de buitenaardse ziel verbreekt die grenzen.
Hoe aardser we zijn des te minder invloed we ondervinden van lucht en vuur.
Een verziekte planeet aarde belemmert de toekomende zielen om in te dalen, belet dus reïncarnatie, belet dus de leerschool en de thuiskomst voor de buitenaardsen en slachtoffert, in lichamelijke zin, de aardsen.
De toekomst en de verstoring van de opdracht der vier elementen grijpt dus in in het leerproces der zielen en dit wordt niet gedoogd.
Door wie of wat niet?
Door de kosmische wet die een evenwicht wil behouden.
Een evenwicht tussen de planeten onderling, tussen de schepsels en scheppingen en de planeten, en tussen de vijf elementen.
Laten we tevens niet vergeten dat de aarde beschouwd wordt als het laboratorium Gods, met haar kruiden en mineralen.
Wel, ook dit heilzame laboratorium wordt afgebroken, de planten zijn nl. afhankelijk van de bodem. Wij zijn dus gedwongen ons heil te gaan zoeken bij menselijke laboratoria en wat hiervan het risico is weet menigeen.
Ook de verstoring van dit laboratorium Gods is een inbreuk op de kosmische wet, want daar waar schepselen gaan wonen komen er kruiden, die hun mogelijke ziektebeelden genezen; dit is een samenspel.
Dit harmonische samenspel, deze heilzame samenwerking tussen schepsel en schepping kun je nooit voor 100% aflezen in je eigen stads- of achtertuintje, omdat er teveel storende elementen optreden.
Aloude kosmische wetten zijn afgesteld op een harmonie tussen aarde en mens, schepping en mens en tussen de samenwerking van de vijf elementen.
Als we een kind opsluiten in een flat kunnen we nooit zeggen: alle natuurlijke herstel is in dit schepsel aanwezig, dus hij moet zich maar zien te redden.
Er zijn bepaalde voorwaarden die aan de zelfgenezing en de spiritualiteit voorafgaan.
Hierin spelen de vijf elementen een belangrijke, eigenlijk noodzakelijke rol en de aarde behoort daar bij.
Ja, de aarde, zwevend spiritualistisch mens, de aarde is onze beschermster, onze behoedster, onze bewaakster.
Zij remt af wat te snel is, ontneemt daar waar er een teveel is, laat rusten daar waar onrust is. Ook hier, net als bij de andere elementen, is een teveel ether fataal.
De aarde is als Saturnus en de wachter aan de hemelpoort: ken je het hemelse wachtwoord niet, dan verstijf je, verkalk je aan die poort.
De aarde is gevoelig via haar magnetisme: haar magnetisme herkent het hemelse, zij kan er geen deel aan nemen, maar zij herkent het: dat is haar positie aan de hemelpoort.
Dat is tevens de positie van ons aardse ego: het kan het wachtwoord, de hemel, de bezieling herkennen, maar heeft er geen deel aan. Dit is wat men noemt: extase, indien de juiste betekenis wordt gevat.
Het ego heeft geen deel aan de extase, heeft geen deel aan het buitenaardse en het hemelse, maar het moet dit wel kunnen begrijpen, aanvoelen en daarom medebewegen.
Medebewegen in een ondergeschikte betekenis.
Vroeger kende je zon- en maanreligies: de spiritualiteit van het vuur en de spiritualiteit van het water: een vereniging van hemel en aarde.
Het water had betrekking op suggestie, emotie; het vuur op bezieling en inspiratie.
Zonnereligies hadden het element lucht nodig voor het voortdragen; water had het element aarde nodig om het te begrenzen.
Nu lopen de elementen door elkander heen, zij kennen hun opdracht niet meer, de mensen kunnen niet meer luisteren noch uitdragen als een zonnebezieling.
We zijn afgedwaald van onze bron en wat we ook als excuus zouden willen aandragen, het feit blijft bestaan dat we onze bron niet meer kennen.
Zelfs geen onderscheid meer kennen tussen een wel, een bron, en een stilstaand water.
Daarom worden we niet meer gevoed.
Ons aardmagnetisme is te zwak om zuiver water en een zuivere bodem te herkennen en onze ziel is te verdoofd om zuivere lucht en zuivere warmte - vuur - te herkennen.
Laten we nog iets anders onderstrepen: wij hebben, sinds lang, gaven verruild voor geld.
Dat wat eventueel nog aan natuurlijke of spirituele gaven in ons aanwezig was, verruilden we voor materieel bezit, waardoor de gaven afnamen, maar we bemerkten dit niet of nauwelijks, omdat ons onderscheidingsvermogen, mèt onze bron, was opgedroogd.
Ons instinct waarschuwt ons niet meer, laten we dus niet van intuïtie spreken.
De aardse vermogens werden gedoemd te sterven toen we de intellectuele vermogens als lucht en vuur gingen adoreren, zonder dat we hun opdracht kenden.
We adoreerden vanuit het water onze emotie; en nog steeds adoreren we het intellect vanuit onze emotie en kunnen we de emotie adoreren vanuit ons intellect.
Dan komen we terecht in de oefeningen.
Door training verkrijgen wat je spiritueel niet verkrijgen kon.
Trainen behoort bij aarde en vuur.
Als aarde en vuur onder beheersing worden gebracht, verkommeren lucht en water.
Aarde en vuur zijn als vorm en wil.
De wil is een aards vuur en geen hemels vuur.
De wil is niet als de zon: zij schenkt noch levensinspiratie, noch groei, spiritueel gezien, noch koestering.
De wil is een machtige aardse, ongeïnspireerde vuurkracht, en als de vorm deze bindt, dan wel traint of beheerst, krijg je magie, een donkere, onhemelse magie.
Magie die wordt aanbeden door aardse mensen, aardse krachten, magie die aardse scheppingen angst inboezemt.
U kent wel al die magische handelingen die gebonden zijn aan bepaalde vormen, aardse vormen.
Niets wat aards is behoort de buitenaardse mens angst aan te jagen, omdat hij moet weten dat het aardse aan hem ondergeschikt behoort te zijn.
Niet als een verschoppeling of een slaaf, maar als een welwillende dienaar, noch als een geknechte, maar als een neutrale schoot.
Het aardse mag nooit worden geminacht, integendeel: het moet worden verruimt door de luchten, gekoesterd door de vuren en gebaad door de wateren.
De aarde is ons kind, een neutraal, meegaand kind, als we harmonisch zijn; een balsturig, verwend, rebels kind, als wij disharmonisch zijn.
De aarde is de moeder van de aardsen, van de vormen en het geliefde kind van de vuren en de luchten en de partner van de wateren. De aarde heeft vele aanzichten en zij heeft de taak voort te brengen wat de andere elementen in haar zaaien.
Alleen vuur en aarde, zoals voorheen gezegd, brengt nooit iets goeds voort: om de goede vrucht voort te brengen heb je de vijf elementen nodig.
Ook in spirituele zin, ook in organische en lichamelijke zin.
Wij hebben deze vijfpuntige ster van de vijf elementen omgedraaid: het is een satanskop geworden.
Om deze terug te draaien is veel kracht, veel inzicht en moed nodig, maar het kan, want het onmogelijke bestaat nooit in de spiritualiteit.
Maar om dit onmogelijke te bereiken moeten we open staan voor de etherische kant van de vier elementen: wij moeten hun oorsprong kennen, en die oorsprong is de ether, waaruit alles geboren wordt en geboren werd.
Maar deze ether behoort uitsluitend bij de buitenaardsen en als zij hun contact daarmede verliezen, verliezen zij hun oorsprong, de ziel die hen maakt tot wat ze zijn: hemelreizigers.
Wezens die een tijdelijk verblijf op aarde doorbrengen, waarbij zij wel hun gastvrouw, Moeder Aarde, moeten respecteren en voorkomend bejegenen.
En hieraan ontbreekt het nogal eens.
Moge Moeder Aarde ons dit niet aanrekenen!
Het zij zo.