(Thymus serpyllum)
Wilde Tijm, Kwendel, Veldtijm, Kruiptijm
Toen ik met mijn Pers *) in de bergen wandelde, zag ik al van verre, je aantrekkelijke lila-paarse tapijten in een teer groene omgeving.
De wereld was op dat vroege uur nog vredig; enkele ochtendminnende vogels wisselden het nachtelijke nieuws uit en de geur van net ontwaakte kruiden en bloemen hing nog in de lucht als een herinnering aan de goden, die de natuur hun ochtendgroet gebracht hadden. Ook jij geurde uit heel je ontvankelijke hartje, kleine devote tijm, wier bloempjes zich rekten op hun korte steeltjes om toch maar geen glimp van de lichtgod te missen, die met een roze-gouden gloed zijn schepping opriep tot de bidstonde voor de komende dageraad.
Terwijl ik bij je neerknielde legde mijn Pers zich languit op je uitnodigende kleedje, haar barnstenen ogen dromerig gericht op de nog nevelige verten, waar het geheim des levens zich leek schuil te houden.
De Tijm kruipt met zijn nietige blaadjes over de bergruggen, kale rotsen en droogte trotserend, alsof hij op devote knietjes een lange, schijnbaar nooit ophoudende pelgrimstocht maakt. Niet voor niets stamt zijn naam van het Homerische Thymos, levensadem, de eerste opwelling in een schepping. Die eerste levensadem lijkt de Tijm voortdurend voorwaarts te dringen, zich niet storend aan enige plant of kruid in zijn omgeving die hem willen overwoekeren. Vastberaden zet hij door. Zijn zweet omzettend in de geur, die mensen nieuwe levensmoed schenkt, hen helend, opwekkend, vervullend van doorzettingsvermogen.
Men vertelt dat op de Montserrat in Spanje, de heilige pelgrimsberg, de Tijm één lila-paars tapijt heeft geweven, de devote pelgrims zo een gewijde grond biedend. Vanaf de berghelling van de Montserrat daalt de Tijmgeur af tot in de dalen en vele astmatische, levensmoede en beangste patiënten keren van een bezoek terug, gesterkt door de Tijmgeur en bezield door een hernieuwd geloof.
De devote Tijm helpt de goden als een overijverige dienaar, niets voor zichzelf vragend, zoekend naar de wanhopigen.
Hij inspireert de ziel door zijn geur en kleur. Knielend op zijn zachte tapijt komen de vergeten dromen terug en toveren wondermooie beeltenissen voor het geestesoog. Mens en dier houden van de Tijm.
Menige wilde Tijm werd gecultiveerd en veranderde daardoor van gaven, maar de wilde Tijm kwijt zich nog steeds van zijn opdracht, zich aanpassend bij zijn omgeving door kleur en geur. Zijn geneeskracht blijft echter altijd dezelfde.
Men noemt hem ook Roomse Kwendel. Is het daarom dat je je op je devote knietjes voortspoedt, zonder op of om te zien, slechts gericht op je einddoel, als een devote pelgrim op weg naar Rome, het kruis op zijn schouders torsend?
Jij verdraagt de voetstappen der mensen op je bloemen en blaadjes, en steeds opnieuw richt je je weer op, moedig, onbevreesd, hoewel je moet weten dat er elk ogenblik andere voeten komen kunnen, die je tegen de grond zullen drukken.
Met lavendel en bonekruid vormt de Tijm een Provençaalse drie-eenheid, zonder wie de Provence niet zou kunnen bestaan. Wie kent niet de herinneringen, die op de geur van Tijm, lavendel en bonekruid in de gedachtenis terugkomen, aan zongekoesterde bergruggen, aan cypressen, roerloos wachtend in de sidderende zomerhitte, aan vliegdennen als grote behoedende handen, waaronder het goed toeven is tegen de ergste warmte.
Welke reiziger of Provençaal kent niet het getsjirp van de cigalles en het ruisen van het zich moeizaam handhavende beekje, zuchtend zich voortbewegend op de vlucht voor de koperen ploert, die haar dreigt te verdrogen.
Zalige, zwoele namiddag, als de zon reeds welterusten heeft gezegd, en aanstalten maakt eindelijk naar bed te gaan, zodat mensen, dieren en planten opademen om nog na te genieten van de plantengeuren, geperst uit de verhitte plantenlijfjes, van het spel van de dieren en kinderen die nu pas beginnen te leven, terwijl heel de natuur glimlachend luistert naar de opgewekte mensenstemmen, die elkander het dagelijkse nieuws vertellen onder een verkoelende dronk.
De Tijm hoort bij het uitbundige leven, maar ook bij de ernst van het leven. Het Griekse woord Thymosophus betekent: van nature wijs.
De devote Tijm bezit daar iets van. Hij weet dat devotie nuttiger en wijzer is dan arrogantie en beseft, dat "zich vernederen" niet behoeft te betekenen "zich vergooien".
Wie is sterker dan de Tijm? Hoogstens zijn gezellin de lavendel. Wie schuwt noch vorst en hitte, noch droogte of vochtigheid?
Laat, wie beangst is voor het leven en last heeft van een "stokkende levensadem", waardoor astma, bronchitis en longaandoeningen ontstaan, de Tijm gebruiken. Ook overmoeidheid en reuma worden erdoor verlicht, zelfs genezen. Een door het leven beproefd mens krijgt de neiging zijn schouders te laten zakken, zijn borst samen te trekken, zijn odem of levensadem verstikkend.
Dan moet de Tijm te hulp komen met zijn geur en kracht.
Niet voor niets zijn de Provençalen zo levenslustig; de geuren van de drie levenskruiden doordringen hen sinds hun jeugd, hun wieg wordt erdoor omgeven, hun sterfbed wordt erdoor verlicht.
De thymus, een endocriene klier net achter het borstbeen of het sternum gelegen, onttrekt de "od" aan het grote kosmisch etherische veld en is vooral actief in het foetus. Hij vult het foetus met odem, de kosmische levenskracht, en bepaalt mede de duur en de intensiteit van de levensadem.
Wie denkt aan Tijm plooit zijn mond tot een glimlach, de herinneringen proevend van de zomer, hetzij zijn levenszomer hetzij de natuurlijke zomer. Beklagenswaardig zijn de mensen van de koele landen, die deze herinneringen niet kennen, want een geurige tijmzomer is als een levenslange bezieling.
De devote Tijm onderwijst ons in bescheidenheid en geestkracht die samen tot de hoge moed worden, de vader-moeder van de ontspoorde hoogmoed. Hij, die hoogmoedig is, laat hij zich neervielen op het droomtapijt van de Tijm en de ogen sluiten. Dan zal hij leren mediteren over de oorzaak van zijn hoogmoed, die eens hoge moed heette.
En de eerbied zal terugkeren in zijn hart, de devotie zal zijn gedachten omranken en zijn handen zullen liefkozend rusten op de paars-lila hoofdjes van de devote Tijm, die zal geuren, geuren, geuren.....
Zo zal hij een ziele-Ievensadem inademen, die het gebouw van de hoogmoed zal afbreken en in plaats daarvan een tempel zal oprichten van de hoge moed, waarin zijn ziel dagelijks knielen zal voor het altaar van de Schepper.
Als ik afdaal langs het paars omzoomde bergpad, mijn Pers op eerbiedige kousenvoetjes direct op mijn hielen, komen de geluiden van de ontwakende mensenwereld mij tegemoet. De odem van de Tijm hangt om mij heen als een pelgrimskleed, dat doordrenkt werd van een natuurlijke wijsheid. Wellicht, in dit door de Tijm gezegende dal, zal ik een Thymosophus vinden, iemand die door de natuur onderwezen werd.
*) Spinet, mijn Persische shaded cameo poes
DE DEVOTE TIJM GLIMLACHT OM DE HOMEOPATHIE
De Tijm is al sinds mensenheugenis een beproefd kruid tegen alle aandoeningen, die te maken hebben met de ademhalingswegen.
Vooral voor kinderen is een tijmsiroop tegen het hoesten uitstekend. Elke dag een kopje wilde Tijmthee, vooral bergsteentijm, is een probaat middel tegen vermoeidheid.
Zoals de Tijm onvermoeibaar voortkruipt, ongeacht de obstakels, zo helpt hij mensen, die tegen de vermoeienissen en de spanningen van het leven opzien, hun angst, nerveuze vermoeidheid en tegenzin te overwinnen.
Ook reumapatiënten, mensen die hun moeilijkheden opkroppen, worden geholpen door elke dag een kopje Tijmthee. Verder is het een goed nierreinigend middel, ook weer voor mensen die hun nieren overbelasten, die vocht vasthouden, die flegmatisch zijn. Tijm houdt de gang erin.
Hoewel in de homeopathie niet direct korrels of tabletten uit Tijm gebruikt worden is de Tijm-essence toch zeer goed bekend en wordt zeer veel toegepast. Een heerlijke verfrissing is een bad, gevuld met water vermengd met 2 liter kokend water van 60 gram Wilde Tijm getrokken. De geur en de Tijmkracht die de huid binnendringen, belevendigen het gehele organisme en de ziel.
DE DEVOTE TIJM KAN BESLIST TOT TIEN TELLEN
Zo klein als hij is, de Tijm mag beslist niet over het hoofd worden gezien, want hij is eigenlijk onmisbaar. Hoewel ook dit kruid een universeel geneesmiddel is, werkt het toch intensiever op de typen die bij hem passen.
De 6-mens is als het kruid zelf, het schijnt nederig, kruipend, maar het richt zich altijd weer op en palmt alles in wat het voor de worteltjes komt. Daarom is het een ideaal kruid voor de 6-mens, die er nieuwe levenskracht van krijgt en er door op adem kan komen. Juist deze 6-mens, die het beste genezen wordt door zich van tijd tot tijd in de natuur te ontspannen, zal de Tijm waarderen. Tijm helpt hem de schijndevotie of schijndienstbaarheid eens af te leren en zijn ware wezen te tonen.
Tijm geneest zijn spanningsziekten en vooral zijn aandoeningen van de luchtwegen, waar de 6-mens nogal eens last van heeft. Slaap eens goed uit op een bed van Tijm, 6-mens en je zult je als herboren voelen. Maar bezin je eer je weer opnieuw met hetzelfde lieve leventje begint!
De 9-mens zal van de Tijm volharding leren, niet iets direct op te geven als het hem niet aanstaat. Ook zal de geur hem helpen bij het weer oprichten van zijn zieltje, zoals het cijfer 9 hem eigenlijk toont. Niet dat teleurstellende streven op het horizontale vlak brengt voldoening, maar een devote voortgang op de levensweg, de ziel omhooggericht, zoals het violette Tijmkopje. Leer bescheidenheid, ontvankelijkheid en verdraagzaamheid van de devote Tijm, 9-mens. Neem de tijd om bij dat kleine schepseltje neer te knielen en kijk eens met een loepje in zijn fragiele kelkje.
Het is de moeite waard.
DE DEVOTE TIJM REKT ZICH REIKHALZEND NAAR DE STERREN
Venus gaf de Tijm zijn lila-paarse kleur als een teken van haar waardering en als een bewijs van zijn edele inborst.
Want Venus heeft twee persoonlijkheden: de verleidster en de begeleidster. In de devote Tijm wordt zij de begeleidster van de ziel als de koningin van de natuur, die de mens vóórgaat op zijn weg door het leven, waarin de natuur zulk een belangrijke plaats inneemt.
De Tijm toont al het goede van Venus, als dienares van Isis, en als beschermster van diegene, die bereid is zijn ziel te openen voor de tekenen van de Schepper.
De Stier-mens zal de geur van de Tijm goed bekomen als hij zich geremd gevoelt en geneigd is zijn kop in de nek te gooien. Tijmthee zal voor hem een remedie zijn tegen "kruiperigheid", het "de kandelaar likken terwille van de smeer".
De Weegschaal-mens zal baat vinden bij de Tijm tegen besluiteloosheid, schijnheiligheid en uitputting. Als het Weegschaaltype vermoeid wordt, geestelijk uitgeput dreigt te raken is het meestal moe van zichzelf, van zijn eeuwige geschipper.
De Tijm helpt hem individueler te zijn.
DE DEVOTE TIJM WEET ALLES VAN HELENDE KLEUREN
De Tijm varieert van roze, naar lila en paars. Drie kleuren die energie, devotie en zenuwversterking beogen. Vooral de lila-paarse Wilde Tijm is sterkend voor het zenuwgestel.
Violet is de kleur van de devote ziel, hoe donkerder het violet wordt, des te intensiever de geestelijke aanraking is. De kleine, op zijn minuscule blaadjes zich voortbewegende Tijm is een symbool van devotie en heiligheid. Zijn geur reinigt en verheft het denkleven, schenkt filosofische overpeinzingen en is een streling voor de pinealis, de pijnappelklier.
Mensen met een overwegende tint violet in hun aura zijn altijd filosofisch ingesteld en hebben een devotie tegenover hun Schepper. Violetkleurige bloemen werken rustgevend, niettemin mild activerend op het zenuwgestel. Hoe dieper de kleur violet des te energieker werkt hij.
Zenuwzwakke mensen zijn gebaat bij de kleur violet, vanzelfsprekend de harmonisch-natuurlijke nuance. Hij neemt overspanning weg en werkt ontspannend op de hersenen. Hoogmoedige, zelfzuchtige, eigengereide mensen kunnen hun karakter helen door te mediteren in een zacht violette ruimte.
DEVOTIE OOK IN HET SIERAAD, ZEGT DE TIJM
Ach, is er een schoner steen dan de Amethyst om bij de Tijm te passen? Ze hebben ongeveer dezelfde kleur, stralen dezelfde devotie en volhardende rust uit.
De Amethyst is de steen bij uitstek voor de enigszins hoogmoedige mens, hij brengt hem tot rede, tot rust en tot overweging.
Ten tweede is er de Barnsteen, dat organische fossiel van de hars van naaldbomen. Behoren de naaldbomen niet bij de Tijm? Zij kennen elkander als kameraden van één schepping. Zij hebben beide dezelfde opwekkende en toch rustgevende uitwerking op het zenuwgestel. Naaldbomen zijn onafscheidelijk verbonden met Tijm, lavendel en zonnekracht.
Daarom zijn de Amethyst en de Barnsteen de twee sieraden die de devotie van de Tijm benadrukken. De ouden zeggen dat de Amethyst dronkenschap voorkomt, doch niet slechts een lijfelijke dronkenschap, maar ook een geestelijke. Daarom zullen mensen, die niet van de drank kunnen afblijven, doorlopend een Amethyst moeten dragen, indien zij van hun zwakte genezen willen worden.
Maar ook fanatieke, driftige en onbeheerste naturen vinden baat bij de Amethyst, die snel de warmte van het lichaam overneemt, omdat hij zo ontvankelijk is. Een sterke, driftige natuur zal de Amethyst lang moeten dragen voordat de steen op zijn sterke trilling inwerkt, maar tenslotte zal deze door zijn volharding winnen.
De Amethyst maakt devoot, gelovig en rein. Ook behoedt hij iemand voor schijnheiligheid (6-mens en Weegschaalmens!) en leert hem af alles proberen te verkrijgen door zijn charmes aan te wenden. Hij maakt de mens opgeruimd, filosofisch en vestigt zijn aandacht vooral op de geestelijke zijde van het leven. (Thymosophus)
De Amethyst is eigenlijk, in karakter, de voorloper van de edele Smaragd, aldus, net als de Tijm, een devoot, ontvankelijk zieltje, dat graag léért via de bescheidenheid.
Hij werkt helend op ziekten van de milt. Mensen, die last hebben van hun milt, hebben verleerd te lachen om zichzelf en kunnen de vreugden van het leven niet meer terugvinden.
De Barnsteen geneest een kropgezwel, werkt stimulerend en genezend op de lymfe en op de keelklieren en de amandelen. Legt men hem op de maag dan geneest hij maagpijn (nerveuze). De Barnsteen heeft nog meer kwaliteiten, want hij behoedt kinderen voor angstdromen en maakt de geest rustig, zodat deze niet snel verschrikt wordt. Hij geeft dus een innerlijke rust. (Naaldboombossen bewerken hetzelfde, mits deze niet te donker zijn)
Hij versterkt het hart, beschermt tegen besmettelijke ziekten en geneest epilepsie. En, volgens het bericht van de ouden, geneest hij geelzucht.
In ieder geval geeft de Barnsteen de rust van de statige naaldbomen, wiens geur de vermoeide hernieuwd leven schenkt.
Zie voor de Amethyst ook blz. 156, 179, 202, 326
Zie voor Barnsteen ook blz. 145, 305